ties en krassen van de cuvet, waardoor de noodzaak om de cuvet te indexeren wordt geëlimineerd.
6. ALGEMEEN
6.1. Kalibratie
Validatie omvat het verifiëren van de concentratie van de gecertificeerde CAL Check-standaarden. Het CAL
Check-scherm leidt u indien nodig stap voor stap door het validatieproces en de gebruikerskalibratie.
Valideer of kalibrereer het instrument niet met andere standaardoplossingen dan de Hanna
è
Instruments CAL Check™-standaarden, anders worden foutieve resultaten verkregen. Kalibreer bij
kamertemperatuur (18 tot 25 °C).
Bescherm de cuvetten tegen direct zonlicht door ze in de originele verpakking te bewaren. Bewaren
è
tussen +5 en +30 °C, niet invriezen.
• Druk de
-toets voor het menu. Gebruik de -toetsen om
CAL Check/Calibration te kiezen en druk SELECT. "Not Available" of
datum/tijd en de status van de laatste kalibratie wordt weergegeven.
CAL Check/kalibratie is enkel voor de gekozen methode.
è
• Druk de CHECK-toets om een nieuwe CAL Check te starten. Druk de
-toets om de kalibratie te annuleren.
• Gebruik de -toetsen om de certificaatwaarde in te voeren van
de standaard, zie het CAL Check-certificaat. Druk Next om verder te
gaan.
Deze waarde wordt opgeslagen voor toekomstige validatie. Bij een nieuwe set kalibratiestandaar-
è
den moet u de certificaatwaarde bijwerken.
• Plaats de zero CAL Check-cuvet A en druk
"Please Wait..." wordt weergegeven tijdens de meting.
NEXT
om verder te gaan.
9