2.
VOOR INSTALLATIE
2.1
CHECKOUT
Voordat u uw weerstation definitief installeert, raden wij u aan het weerstation op een
gemakkelijk bereikbare plaats te gebruiken. Hierdoor kunt u vertrouwd raken met de functies
en kalibratieprocedures van het weerstation, zodat u verzekerd bent van een goede werking
voordat u het permanent installeert.
2.2
LOCATIESELECTIE
Houd rekening met het volgende voordat u de sensorarray installeert;
1. Regenmeter moet elke paar maanden schoon zijn
2. Vermijd stralingswarmte die wordt gereflecteerd door aangrenzende gebouwen en
constructies. Idealiter zou de sensorarray op 1,5 m (5') van elk gebouw, structuur, grond of
dak moeten worden geïnstalleerd.
3. Kies een open ruimte in direct zonlicht, zonder enige belemmering van regen, wind en zonlicht.
4. Het transmissiebereik tussen de sensorarray en de beeldschermconsole kan een afstand van
150 meter (of 450 voet) bereiken op de zichtlijn, op voorwaarde dat er zich geen hinderlijke
obstakels tussen of in de buurt bevinden, zoals bomen, torens of hoogspanningslijnen.
Controleer de kwaliteit van het ontvangstsignaal om een goede ontvangst te garanderen.
5. Huishoudelijke apparaten zoals koelkasten, verlichting en dimmers kunnen
elektromagnetische interferentie (EMI) veroorzaken, terwijl radiofrequentie-interferentie
(RFI) van apparaten die in hetzelfde frequentiebereik werken ervoor kan zorgen dat het
signaal onderbroken wordt. Kies een locatie op minimaal 1-2 meter afstand van deze
interferentiebronnen om de beste ontvangst te garanderen.
3.
AAN DE SLAG
3.1
DRAADLOZE 7-IN-1-SENSOR
1. Regenverzamelaar
2. Saldo-indicator
3. UVI/lichtsensor
4. Windvaan
5. Windbekers
6. Antenne
9
1
2
3
10
11
4
12
5
6
7
8
13
7. Zonnepaneel
8. Stralingsscherm en
thermo-hygrosensor
9. Afvoergaten
10. Batterijdeur
11. Rode LED-indicator
4
14
15
16
12. [ RESET ] key
13. Montage klem
14. Verstelbaar scharnier van
zonnepaneel
15. Kantelbare emmer
16. Regen sensor