Nederlands
RC-Link
4. Werking van de RC-Link
Overdracht van RailCom-berichten aan de PC
De RC-Link stuurt de terugmeldingen van maximaal 24 lokale RailCom
detectoren (b.v. RCD-1, RCD-2 of RCD-8) naar de PC. Deze RailCom-
berichten zijn uniek aan bepaalde detectoren (blokken) toegewezen,
daar de detectoren door adressen worden geïdentificeerd.
De meeste PC besturingsprogramma's voor de modelspoorweg
ondersteunen de terugmeldingen via RailCom. Al naar gelang de
mogelijkheden van de besturingssoftware worden de ontvangen
terugmeldingen b.v. op het PC beeldscherm weergegeven of als basis
voor de automatische besturing van de dienstregeling gebruikt.
Overdracht van bezetmeldingen aan de PC
Veel RailCom-detectoren kunnen ook verbruikers in een bewaakt blok
herkennen,
die
geen
RailCom-signaal
versturen.
Deze
pure
bezetmeldingen worden eveneens door de RC-Link aan de PC
doorgestuurd.
Resultaten bij het uitvallen van de railspanning
Bij het uitvallen van de railspanning (b.v. na het automatisch
uitschakelen na een kortsluiting), kunnen de detectoren geen RailCom-
berichten en bezetmeldingen uitlezen en naar de RC-Link sturen. Zou
de RC-Link in dit geval de melding "blok vrij" aan de PC doorgeven, dan
zouden storingen in de bedrijfsvoering en ongelukken kunnen optreden.
Om deze problematiek tegemoet te komen, controleert de RC-Link via
een eigen railaansluiting, of er een railspanning aanwezig is. Alleen
wanneer er een railspanning aanwezig is, geeft de RC-Link een
vrijmelding aan de PC door. Is er daarentegen geen railspanning, dan
onderdrukt de RC-Link de (meestal foutieve) vrijmelding en slaat de
laatste voor de spanningsuitval ontvangen melding op.
Pagina 8