Opmerking: Gebruik kabelklembanden om de
kabelboom aan de andere kabelbomen te bevestigen,
uit de weg van het uitlaatsysteem en de bewegende
delen.
8. Verbind de klemmen van de kabelboom voor de
linkerspuitboom met de magneetkleppen van het
hydraulische blok (Figuur 19).
2
1
1. Linkerspuitboom omlaag
2. Linkerspuitboom omhoog
Opmerking: De klemmen van de kabelboom zijn
aangeduid met Left Boom/Up; Left Boom/Down;
Right Boom/Up; en Right Boom/Down.
Opmerking: Er zouden 2 klemmen vrij moeten
blijven; deze dienen om de sensors op aan te sluiten.
9. Bevestig de draden aangeduid met "Right Enable" en
"Left Enable" met kabelbinders.
10. Breng de montageplaat aan over het hydraulische
blok.
De sensors aansluiten
1. Leid de draad van elke sensor langs de spuitboom
naar het midden achteraan de machine.
2. Bevestig de draden van de sensors met kabelbinders
aan de spuitboom.
3
4
g018639
Figuur 19
3. Rechterspuitboom
omhoog
4. Rechterspuitboom omlaag
Opmerking: Zorg ervoor dat de draad rond de
sensors voldoende slap hangt opdat de sensors vrij
kunnen draaien op de hengsels.
3. Sluit de klemmen van de linker- en rechtersensor
aan op de kabelboom aangeduid met respectievelijk
"Left Sonic Sensor" en "Right Sonic Sensor".
8
De sonische spuitbomen
kalibreren
Geen onderdelen vereist
Procedure
Tijdens deze procedure hebt u 20 seconden om
de sensors van de spuitbomen te kalibreren. De
afstand tussen de spuitboomsensor en de grond
na de kalibratieperiode van 20 seconden zal de
hoogte-instelling zijn in de automatische modus tot
u de sensor opnieuw kalibreert. Na de 20 seconden
vindt een zelfkalibratie plaats die tot 2 minuten duurt.
Hierbij bepaalt de regelaar deze afstand en "leert"
dan de stroomeigenschappen van de hydraulische
hefcilinderkleppen.
Opmerking: Voor onbedekte spuitbomen: De
standaardinstelling is 51 cm van de spuitdop tot de
grond. Als u een andere hoogte ingesteld hebt dan de
fabrieksinstelling en u wenst terug de standaardinstelling
te gebruiken, herkalibreert u de spuitboom terwijl deze
op de steun ligt. Voor bedekte spuitbomen: De
standaard hoogte-instelling van 51 cm geldt alleen voor
onbedekte spuitbomen. U moet de sensors van bedekte
spuitbomen kalibreren.
1. Zorg ervoor dat de gazonspuitmachine geparkeerd
is en er zich geen bomen, gebouwen, voertuigen of
afval in de buurt bevinden. Er mogen zich ook geen
buizen of voorzieningen onder de grond bevinden.
2. Laat de spuitbomen zakken in de horizontale stand.
3. Draai het contactsleuteltje op Uit.
4. Druk de schakelaar van de sonische spuitboom op
het dashboard op Auto (Figuur 20).
12