Ramp (Referentie Helling); Optimalisatie (Optimalisatie Tijdconstante) 11014; Uit - Danfoss ECL Comfort 210 Handleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor ECL Comfort 210:
- Handleiding (217 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (12 pagina's) ,
- Handleiding (161 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Handleiding
Ramp (referentie helling)
Circuit
1
De tijd (minuten) waarin de gewenste flow temperatuur geleidelijk toeneemt
om piekbelasting in de warmtetoevoer te voorkomen.
UIT:
De rampfunctie is niet actief.
1-99 m: De gewenste flow temperatuur wordt tijdelijk verhoogd
met het ingestelde aantal minuten.
Om piekbelasting in het voedingsnetwerk te voorkomen, kan de
flow temperatuur worden ingesteld om geleidelijk te verhogen
na een periode met opslagtemperatuur. Hierdoor wordt de klep
geleidelijk geopend.
Optimalisatie (optimalisatie tijdconstante)
Circuit
1
Optimaliseert de start- en stoptijden voor de comforttemperatuurperiode
om het beste comfort te verkrijgen met het laagste energieverbruik.
Hoe lager de buitentemperatuur, hoe vroeger de verwarming start. Hoe
lager de buitentemperatuur, hoe later de verwarming stopt.
De geoptimaliseerde tijd voor verwarmen of stoppen kan automatisch of
uitgeschakeld zijn. De berekende start- en stoptijden zijn gebaseerd op de
instelling van de geoptimaliseerde constante tijd.
Past de optimale tijd constant aan.
De waarde bestaat uit een tweecijferig nummer. De twee cijfers
hebben de volgende betekenis (cijfer 1 = Tabel I, cijfer 2 = Tabel II).
UIT:
Geen optimalisatie. De verwarming start en stopt op de
tijdstippen die zijn ingesteld in het programma.
10 ... 59: Zie tabellen I en II.
68
DEN-SMT/DK
ECL Comfort 210, applicatie A266
11013
Instelbereik
Fabrieksinst.
UIT / 1 ... 99 m
UIT
11014
Instelbereik
Fabrieksinst.
UIT
UIT / 10 ... 59
Temp. °C
Ramptijd
Tabel I:
Warmte-accumulatie van
Linker cijfer
1-
2-
3-
4-
5-
Tabel II:
Rechter
Dimensioneringstemperatuur
cijfer
-0
-1
·
-5
·
-9
Dimensioneringstemperatuur:
De laagste buitentemperatuur (doorgaans bepaald door
uw systeemontwerper in verband met het ontwerp van het
verwarmingssysteem), waaraan het verwarmingssysteem de
aangewezen kamertemperatuur kan behouden.
Voorbeeld
Het systeemtype is radiator en de warmteaccumulatie van het gebouw
is gemiddeld.
Het linker cijfer is 2.
De dimensioneringstemperatuur is -25 °C en de capaciteit is normaal.
Het rechter cijfer is 5.
Resultaat:
De instelling moet worden gewijzigd naar 25.
VI.KT.X1.10
Tijd (min.)
Systeem-
het gebouw
licht
Radiatorsys-
gemiddeld
zwaar
gemiddeld
Vloerver-
warmingssys-
zwaar
Capaciteit
-50 °C
-45 °C
·
-25 °C
normaal
·
-5 °C
Danfoss District Energy
type
temen
temen
groot
·
·
·
klein
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
