Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss ECL Comfort 210 Handleiding pagina 5

Verberg thumbnails Zie ook voor ECL Comfort 210:
Inhoudsopgave

Advertenties

Handleiding
De applicatie A266.2 is zeer flexibel. Dit zijn de basisprincipes:
Verwarming (circuit 1):
De flow temperatuur wordt standaard aangepast volgens uw
vereisten. De flow temperatuurvoeler (S3) is de belangrijkste
voeler. De gewenste flow temperatuur op S3 wordt berekend in de
ECL controller op basis van de buitentemperatuur (S1). Hoe lager
de buitentemperatuur, hoe hoger de gewenste flow temperatuur.
Door middel van een weekprogramma, kunt u het
verwarmingscircuit instellen in de modus 'Comfort' of 'Opslaan'
(twee temperatuurniveaus).
De gemotoriseerde stuurklep (M2) wordt geleidelijk geopend
wanneer de flow temperatuur lager is dan de gewenste flow
temperatuur en omgekeerd.
De retourtemperatuur (S5) naar de voeding van de
stadsverwarming, mag niet te hoog zijn. Indien dat het geval is,
kan de gewenste flow temperatuur worden aangepast (standaard
naar een lagere waarde), wat resulteert in een geleidelijk sluiten
van de gemotoriseerde stuurklep.
In op boiler gebaseerde verwarmingsvoeding mag de
retourtemperatuur niet te laag zijn (dezelfde aanpassingsprocedure
zoals hierboven).
Bovendien kan de grens van de retourtemperatuur afhankelijk
zijn van de buitentemperatuur. Standaard geldt, hoe
lager de buitentemperatuur, hoe hoger de geaccepteerde
retourtemperatuur.
Als de gemeten kamertemperatuur niet gelijk is aan de gewenste
kamertemperatuur, kan de gewenste flow temperatuur worden
aangepast.
De circulatiepomp, P2, is AAN bij warmtevraag of bij
vorstbescherming.
De verwarming kan worden UITGESCHAKELD wanneer de
buitentemperatuur hoger is dan een selecteerbare waarde.
Tapwater (circuit 2):
Het tapwatercircuit kan werken met of zonder tapwatercirculatie.
De tapwatertemperatuur op S4 wordt behouden op het niveau
'Comfort' bij het tappen van tapwater (de flow schakelaar (S8)
wordt geactiveerd). Als de gemeten tapwatertemperatuur
(S4) lager is dan de gewenste tapwatertemperatuur, wordt de
gemotoriseerde stuurklep (M1) geleidelijk geopend en vice versa.
De temperatuurbesturing van het tapwater heeft betrekking
op de actuele vermogenstemperatuur (S6). Als de gewenste
tapwatertemperatuur niet kan worden bereikt, kan het
verwarmingscircuit geleidelijk worden gesloten om meer energie
naar het tapwatercircuit toe te laten. Om te compenseren voor
de reactietijd, kan de gemotoriseerde stuurklep vooraf worden
geactiveerd bij het begin van het tappen van tapwater. Een idle
temperatuur kan worden behouden bij S6 of S4 wanneer er geen
tapwater wordt getapt.
De retourtemperatuur (S5) kan worden begrensd tot een vaste
waarde.
Door middel van een weekprogramma, kunt u het
tapwatercircuit instellen in de modus 'Comfort' of 'Opslaan' (twee
temperatuurniveaus).
Op bepaalde dagen van de week is een anti-bacteriefunctie
beschikbaar voor activering.
Danfoss District Energy
ECL Comfort 210, applicatie A266
Standaard A266.2 applicatie:
Het weergegeven schema is een fundamenteel en vereenvoudigd
voorbeeld en bevat niet alle onderdelen die nodig zijn in een systeem.
Alle genoemde onderdelen worden aangesloten op de
ECL-comfortcontroller.
Lijst van onderdelen:
S1
Buitentemperatuurvoeler
(S2)
ECA 30 / kamertemperatuurvoeler
S3
Flow temperatuurvoeler, circuit 1
S4
Tapwater flow temperatuurvoeler, circuit 2
S5
Retourtemperatuurvoeler, circuit 1, circuit 2 of beide circuits
S6
Vermogenstemperatuurvoeler, circuit 2
S8
Flow schakelaar, tappen tapwater, circuit 2
P1
Circulatiepomp, tapwater, circuit 2
P2
Circulatiepomp, verwarming, circuit 1
M1
Gemotoriseerde stuurklep, circuit 2
M2
Gemotoriseerde stuurklep, circuit 1
R4
Relaisuitgang, alarm
De A266.2 applicatie kan een aangesloten flow-/ energiemeter
gebruiken om de flow / het vermogen te begrenzen.
VI.KT.X1.10
DEN-SMT/DK
5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave