1.
Onderhoudsmenu
Dit menu bevat hulpmiddelen om onderhoud aan het systeem te kunnen plegen.
1.1.
Toon het Installateursgeheugen
Gebruik deze functie om het Installateursgeheugen te bekijken of af te drukken. Het installateurs-
geheugen kan 150 gebeurtenissen bevatten. Nieuwe gebeurtenissen worden in het geheugen geplaatst
als gebeurtenis #001. Gebeurtenis 150 wordt gebeurtenis 151 en valt daardoor dus uit het geheugen.
Eerst wordt het gebeurtenis nummer en de gebeurtenis weergegeven. Wilt u extra informatie
opvragen, toets dan '0', waarna de tijd en de datum worden weergegeven. Met behulp van de toetsen
Ç Ç
È È
'
en '
' kunt u door het geheugen bladeren. Zie ook bijlage 1, 'Systeemmeldingen' op bladzijde
51e. Wilt u een afdruk, gebruik dan menu 9.1.1.3, 'Print Geheugen'.
1.2.
Test de uitgangen
Test iedere willekeurige uitgang op het paneel of op een remote. Gebruik de toetsen '
naar de betreffende uitgang te gaan. Op het display wordt de status van de uitgang getoond ('hoog' of
'laag'). Door te accepteren met de toets '
Zodra u naar een andere uitgang gaat, zal de uitgang in zijn oorspronkelijke staat terugkeren.
1.3.
Toon de open zones
Hier kunt u, bijvoorbeeld voordat u de installateursstand verlaat, zien of alle zones, zonesabotages en
behuizing sabotages (ook van de remotes) gesloten zijn. Bij het verlaten van de programmeerstand
zullen 24-uurs zones direct alarm geven. Als alles in rust is verschijnt de tekst 'Alles Gesloten'.
Zonesabotages worden getoond als 'nn Snaam', waarbij ' nn' het zonenummer is, ' naam' de
zonenaam is en ' S' voor sabotage staat.
1.4.
Looptesten van zones
Elke willekeurige ingang kan hier in test worden gezet. Bij het openen van de zone zal de uitgang
'Binnensirene' gedurende 4 sec geactiveerd worden. De uitgangen 'Looptest' en 'Geheugen' worden
ook geactiveerd, om detectors met EAM te sturen. De uitgang 'Brandreset' wordt 10 sec. na activatie
van de ingang aangestuurd om geheugendetectoren zoals glasbreukmelders of brandmelders te
kunnen resetten.
1.5.
Uitgebreide toegang vragen
Als er twee systemen geprogrammeerd zijn, komt u de installateursstand binnen via één van deze
systemen. Alleen voor DAT systeem kunt u de programmering wijzigen. Iedere programmering die
betrekking heeft op meerdere systemen is zonder uitgebreide toegang niet mogelijk. U krijgt echter
uitsluitend toegang tot dat systeem die niet ingeschakeld is en niet in alarm staat. Om uitgebreide
toegang te verkrijgen, hoeft u slechts deze menu-optie te accepteren en de vrijgegeven systemen
worden bijvoorbeeld getoond als 'Toegang 12'.
1.6.
Maskeer de behuizingsabotage
Wanneer u deze functie accepteert worden de sabotageschakelaar van de centrale, de ingang
'Externe Sabotage' en de ingang 'Sirene Sabotage' automatisch overbrugd, maar alleen wanneer
deze open staan. Deze blijven overbrugd na het verlaten van de installateursstand, zodat u het paneel
kunt in- en uitschakelen. De overbrugging wordt opgeheven wanneer de sabotageschakelaars en de
ingangen weer gesloten zijn. Is alleen mogelijk als de sabotage ook daadwerkelijk open is. Is dit niet
het geval, dan verschijnt de tekst 'Fout:DekselDicht' in het display.
1.7.
Test de leds van de bediendelen
Wilt u testen of de leds op de bediendelen nog functioneren, gebruik dan deze optie. De leds zullen om
de beurt worden aangestuurd.
Programmeerhandleiding voor de CD7201
CD7201 - II /v6p - 1-10-96
9 9
', wisselt de uitgang van 'hoog' naar 'laag' of omgekeerd.
Onderhoud
Toon Geheugen
Test Uitgang
Ç Ç
È È
' en '
' om
Toon Open Zones
Looptest
Uitgebr. Toegang
Maskeer Beh.Sab
Led Test
Pagina 19