Inhoudsopgave
Advertenties
Beschikbare talen
Beschikbare talen
8. Bediening
a) Algemene bedieningsstappen
1 Druk 3 seconden lang op de terug/aan-/uit-knop om het opstartscherm weer te geven. Na
het opstarten wordt het warmtebeeld op het scherm weergegeven.
2 Richt op een gebied of object met de warmtebeeldpunten en controleer het warmtebeeld.
De relatieve temperatuur wordt weergegeven van warm naar koud door de kleurentabel
(komt overeen met licht naar donker). De infrarood temperatuurmeting (weergegeven boven
het warmtebeeld) geeft de temperatuur aan van het doelmeetpunt gericht op de kruiscursor
op het weergavescherm.
3 Druk op de knop Omhoog en Omlaag om de fusieverhouding van infrarood en zichtbaar
licht aan te passen.
4 Druk op de knop Schakelaar-knop om een warmtebeeld te maken, dat wordt weergegeven
omgeven door witte vakken.
5 Druk op de OK-knop om het vastgelegde warmtebeeld op te slaan. Het warmtebeeld wordt
opgeslagen in het interne geheugen en kan worden bekeken door de camera met de USB-
kabel op een computer aan te sluiten. Druk op de Terug-knop om door te gaan met het
scannen van het doelgebied of object.
6 Druk tijdens het scannen van een gebied of object op de OK-knop om de menu-opties te
openen, waar verschillende instellingen en informatie kunnen worden geopend. Druk op de
terug-/aan-/uit-knop om het menu te sluiten.
b) Stroomvoorziening
•
De warmtebeeldcamera wordt gevoed door drie AAA-alkalinebatterijen. Om de thermische
camera aan-/uit te zetten, drukt u ongeveer 3 seconden lang op de terug-/aan-/uit-knop.
•
Het batterijstatussymbool wordt in de rechterbovenhoek weergegeven. Als het
batterijstatussymbool rood is, is de batterij bijna leeg en moet deze worden vervangen.
•
Het gebruik van een batterij met onvoldoende vermogen kan leiden tot onnauwkeurige
temperatuurmetingen.
•
Als de camera 10 minuten niet wordt gebruikt, schakelt de APO-automatische
uitschakelfunctie de camera automatisch uit.
65
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
