Inhoudsopgave
Advertenties
5.3
Waterniveau
Het dynamische waterniveau (diepte tot het waterniveau in de peilbuis tijdens
bedrijf) mag niet meer zijn dan 80 meter.
5.4
Controle van de motorvloeistof
Het niveau van de vloeistof in de motor moet worden gecontroleerd voordat de
motor wordt geïnstalleerd.
1. Plaats de pomp en motor onderste boven met de persaansluiting naar onderen
gericht (d.w.z. de onderzijde van de motor op de hoogste positie), en verwijder
de vulschroef. Zie fig. 4.
2. Als het water tot aan de rand van het gat met schroefdraad staat, is vullen
niet nodig. Zo niet: vul de motor met gedemineraliseerd water.
Zorg dat alle lucht kan ontsnappen door uw vinger in de persaansluiting
van de pomp te houden en de as een paar keer op te tillen.
Controleer het vloeistofniveau opnieuw.
3. Plaats de vulschroef terug, en draai deze vast.
De pomp is nu gereed om te worden gebruikt.
5.5
Leidingaansluiting
Persaansluiting van de pomp: Rp 3/4.
Een leiding of slang moet op de pomp worden aangesloten.
Wanneer een slang wordt aangesloten moet een drukkoppeling worden gebruikt.
Zie fig. 5.
Draai de wartelmoer met de hand vast, en draai daarna nog 1 1/4 slag met een
stuk gereedschap.
Aanbevolen wordt om altijd een roestvaststalen hijsdraad aan te brengen om de
pomp te laten zakken en naar boven te hijsen.
Maak de hijsdraad aan de pomp vast met een draadklem. Zie fig. 6.
5.6
Laten zakken van de pomp
Laat de pomp in de peilbuis zakken, en pas op dat de motorkabel niet beschadigd
raakt.
Gebruik de motorkabel niet om de pomp te laten zakken of op te
hijsen. Gebruik hiervoor de hijsdraad of omvat alle onderdelen (slang,
hijsdraad en motorkabel).
5.7
Installatiediepte
Tijdens bedrijf moeten de pomp volledig zijn ondergedompeld (koeling) om ervoor te zorgen dat de pomp niet
warmloopt en vastloopt.
Als de pomp meer water verpompt dan de peilbuis kan leveren is er een risico dat het waterniveau daalt tot
onder het niveau van de pompinlaat en dat daardoor lucht in de pomp gezogen wordt.
Langdurig gebruik met water dat lucht bevat kan de pomp beschadigen en de motor onvoldoende
koelen.
7
Fig. 4
Verwijderen van vulschroef
Fig. 5
Gebruik van drukkoppeling
Fig. 6
Bevestiging van de hijsdraad
Advertenties
Inhoudsopgave
