4
Temperatuurinstelling nachtmodus
Instellen van de gewenste kamertemperatuur nachtverlaging in de verwarmingsmodus of nachtverhoging in de koelmodus tijdens de nachtmodusfase.
5
6
Snelheidsregelaar en
Draaiknop \"Werkingsmodi
Functie
Dag
Nacht
Klok
Draaiknop \"Werkmo-
di
Handmatig
Ventilatie
*Als de snelheidsregelaar in de stand \"OFF\" staat, wordt het apparaat uitgeschakeld. Afhankelijk van de instellingen van de DIP-schakelaars blijven de functies vorstbeveiliging (DIP-schakelaars 2
en 3) en ruimtekoelbeveiliging (DIP-schakelaar 4) actief.
Motorstoring deblokkeren
De motorstoring wordt gereset door de OFF-stand op de toerentalregelaar of door het uitschakelen van de netspanning. Een motorstoring wordt alleen gesignaleerd als een storing langer dan een
minuut aanhoudt of minstens drie keer binnen een minuut optreedt.
Opmerking: Tijdens de motorstoring is de klep gesloten!
Timer werking
1 2 3 4
Uit*
Snelheidsregelaar (handmatig)
Aan/uit afhankelijk van het dag-setpoint met handmatig
Uit
ingestelde snelheid in het bereik van de ingestelde mini-
mum- en maximumgrenzen
Aan/uit afhankelijk van het nachtsetpoint met handma-
Uit
tig ingesteld toerental in het bereik van de ingestelde
minimum- en maximumgrenzen
Aan/Uit afhankelijk van het tijdprogramma afhankelijk
van het dag- of nachtsetpoint met handmatig ingesteld
Uit
toerental in het bereik van de ingestelde minimum- en
maximumgrenzen
Continue werking (onafhankelijk van de temperatuurre-
geling) met open klep en handmatig ingestelde snelheid
Uit
in het bereik van de ingestelde minimum- en maximum-
grenzen
In dagmodus Continue werking (onafhankelijk van de
temperatuurregeling) met gesloten klep met handmatig
Uit
ingestelde snelheid in het bereik van de ingestelde mini-
mum- en maximumlimieten.
Elektronische toerentalregelaar, Type 30515
Montage-, installatie- en gebruikershandleiding
Snelheidsregelaar (automatisch)
Toerental afhankelijk van de afwijking van de werkelijke tempe-
ratuur ten opzichte van het dag-setpoint binnen het bereik van
de ingestelde minimum- en maximumgrenzen
Snelheid afhankelijk van de afwijking van de werkelijke tempe-
ratuur van het nachtsetpoint in het bereik van de ingestelde mi-
nimum- en maximumlimieten
Toerental afhankelijk van de afwijking van de werkelijke tempe-
ratuur afhankelijk van het tijdprogramma ten opzichte van het
dag- of nachtstreefpunt in het bereik van de ingestelde mini-
mum- en maximumgrenzen
Continue werking (onafhankelijk van de temperatuurregeling)
met geopende klep en maximale snelheid binnen het bereik van
de ingestelde minimum- en maximumlimieten.
In dagmodus Continue werking (onafhankelijk van de tempera-
tuurregeling) met gesloten klep op maximumsnelheid binnen
het bereik van de ingestelde minimum- en maximumlimieten.
Aansluiting
1 = +3,4 V (rood
2= 0 V
3 = Kanaal 1 uitgang
4 = Kanaal 2 uitgang
(kanaal 2 wordt niet gebruikt)
13