Programmeren in de gebruikersmodus via het bediendeel
6
Het systeem in- en uitschakelen
6 Programmeren in de gebruikersmodus via het
6.1
6.1.1
14
Siemens AB
Security Products
bediendeel
Programmeeropties voor de gebruiker zijn beschikbaar via het LCD- en comfort-
bediendeel. Welke menu's en opties zichtbaar zijn op het bedieningspaneel voor
inbraakbeveiliging, wordt geprogrammeerd door de installatie-engineer. Als een
gebruiker een optie die wordt beschreven in deze handleiding, niet kan zien, heeft
de gebruiker niet de bevoegdheid om die functionaliteit te gebruiken.
U benadert de gebruikersprogrammering als volgt:
1. Voer een geldige gebruikers-PIN in.
2. Blader met de pijltoetsen omhoog/omlaag naar de gewenste
programmeeroptie.
3. Druk in een menuoptie op # om te selecteren of om een parameter in of uit te
schakelen (bijvoorbeeld een gebruikersrecht). De geselecteerde parameter
wordt weergegeven met een * (bijv. *Uitstellen).
Op het bediendeel wordt kort BIJGEWERKT weergegeven om aan te geven
dat een parameter is gewijzigd.
Het systeem in- en uitschakelen
Voor elke menuoptie moet het bediendeel in de programmeermodus Gebruiker
zijn:
1. Voer een geldige gebruikerscode in.
2. U selecteert een programmeeroptie met de pijltoetsen omhoog/omlaag of u
voert het cijfer in dat wordt aangegeven in de tabel hieronder.
1
UITSCHAKEL
Het systeem uitschakelen. Als er meerdere gebieden zijn gedefinieerd, wordt elk
EN
gebied weergegeven in een submenu. In een systeem met één gebied wordt
deze optie alleen aangeboden als het systeem is ingeschakeld.
2
INSCHAKELE
Het systeem volledig inschakelen. Als er meerdere gebieden zijn gedefinieerd,
N
wordt elk gebied weergegeven in een submenu. In een systeem met één gebied
wordt deze optie alleen aangeboden als het systeem is uitgeschakeld.
3
DEELSCHAK
Het systeem inschakelen met deelschakeling A. Als er meerdere gebieden zijn
ELING A
gedefinieerd, wordt elk gebied weergegeven in een submenu.
4
DEELSCHAK
Het systeem inschakelen met deelschakeling B. Als er meerdere gebieden zijn
ELING B
gedefinieerd, wordt elk gebied weergegeven in een submenu.
UITSCHAKELEN
U schakelt het systeem als volgt uit:
1. Voer een geldige gebruikerscode in.
Op het bediendeel verschijnt de vraag of u het systeem wilt uitschakelen.
2. Druk op SELECTEER.
Op de onderste regel van het bediendeel wordt gedurende circa 5
seconden weergegeven dat het systeem is uitgeschakeld. Hierna verdwijnt
deze melding.
3. Als het alarm is geactiveerd, voert u de gebruikerscode in.
Alle sirenes en flitslichten gaan uit.
A6V10217610
06.02.2013