5. Zie het gedeelte 'De monitorrichting voor de camera aanpassen' om
de lensrichting naar wens aan te passen. (pagina 20)
We raden u aan de lens niet aan te raken omdat de cameralens zorgvuldig is
`
J
afgesteld tijdens de laatste fase van de productie. Als u dit toch doet, stelt de lens
misschien niet goed scherp of komen er vlekken op door stoffen van buitenaf.
De voedings-, en netwerkkabel verbinden
1. Verwijder de koepelbescherming en -behuizing.
2. Steek de voedingskabel door het gast in de bodem zoals getoond op de afbeelding en leg de
voedingskabel in de lange groef.
3. Sluit de voedingskabel aan op het voedingklemblok.
4. Steek de netwerkkabel door het gat in de bodem en leg deze in de lange
groef.
Trek de kabel stevig aan om losraken te voorkomen.
`
J
Dit bemoeilijkt mogelijk het wijzigen van richting.
5. Sluit de netwerkkabel aan op het ethernetaansluiting.
Nederlands _13