OPMERKING:
Typ de netwerkbeveiligingssleutel als hierom wordt gevraagd.
Bluetooth identificeren
1. Klik op de taakbalk op het vak Zoeken, en typ vervolgens Apparaatbeheer.
2. Klik op Apparaatbeheer.
Het venster Apparaatbeheer wordt weergegeven.
3. Vouw Bluetooth uit.
Bluetooth in- of uitschakelen
1. Klik op het pictogram Actiecentrum op de taakbalk om naar het Actiecentrum te gaan.
2. Klik op Bluetooth om Bluetooth in of uit te schakelen.
De Bluetooth-apparaten koppelen
1. Schakel Bluetooth in. Voor meer informatie, zie
2. Klik op het pictogram Actiecentrum op de taakbalk om naar het Actiecentrum te gaan.
3. Klik met de rechtermuisknop op Bluetooth, en klik vervolgens op Ga naar instellingen.
4. Klik op Bluetooth of ander apparaat toevoegen.
Het venster Een apparaat toevoegen wordt weergegeven.
5. Selecteer het vereiste Bluetooth-apparaat en klik op Verbinden.
Het Bluetooth-apparaat verwijderen
1. Klik op het pictogram Actiecentrum op de taakbalk om naar het Actiecentrum te gaan.
2. Klik met de rechtermuisknop op Bluetooth, en klik vervolgens op Ga naar instellingen.
3. Klik op het apparaat dat u wilt verwijderen en klik vervolgens op Apparaat verwijderen.
38
Technologie en onderdelen
Bluetooth in- of
uitschakelen.