Ontdooiing
De regelaar kan een centrale ontdooiing regelen op het hele
koude brine circuit.
Wanneer een ontdooiing wordt gestart, stoppen de compressoren
(optioneel) en de pompen blijven de koude brine circuleren. De
ontdooiing kan gestopt worden op tijd of bij een bepaalde inge-
stelde brine temperatuur.
Nadat de ontdooiing is gestopt, is het mogelijk om een afdruiptijd
in te stellen voordat de compressoren herstarten.
Er is de mogelijkheid om de ontdooifunctie een uitgang te laten
schakelen voor de activering van eventuele externe automatische
regelingen.
Ontdooistart
De ontdooiing kan op diverse manieren worden gestart
- Handmatige ontdooiing
Na activering, gaat de instelling automatisch terug naar UIT als
de ontdooiing is beëindigd.
- Extern contactsignaal
Ontdooistart wordt uitgevoerd met een signaal op een DI
ingang.
Het signaal moet een pulssignaal zijn van tenminste 3 seconden.
Ontdooiing start wanneer het signaal van UIT naar AAN wijzigt.
- Intern schema
Ontdooiing wordt gestart op basis van een in de regelaar inge-
steld wekelijks schema.
De tijden zijn gerelateerd aan de klokfunctie van de regelaar. Tot
8 ontdooiing per dag kunnen worden ingesteld.
- Netwerksignaal
Ontdooiing kan worden gestart via een signaal van het netwerk
(System manager of gateway)
Ontdooistop
De ontdooiing kan op de volgende manieren worden gestopt:
Stop op temperatuur met tijd als beveiliging
Hier wordt de temperatuur van de koude brine gemeten. Zodra
deze temperatuur gelijk is aan de ingestelde stoptemperatuur,
wordt de ontdooiing beëindigd.
De ontdooisensor kan de S3 of S4 sensor zijn.
Als de ontdooitijd de ingestelde maximale ontdooitijd over-
schrijdt, wordt de ontdooiing beëindigd. Ook als de gewenste
ontdooistoptemperatuur nog niet is bereikt. Als de ontdooiing op
deze manier wordt beëindigd, zal hiervan een alarm worden ver-
stuurd. Dit alarm wordt automatisch na 5 minuten aangenomen.
Stop op tijd
Hier wordt een permanente ontdooitijd ingesteld. Als deze tijd is
verstreken, wordt de ontdooiing beëindigd.
Handmatige stop
Een in gang zijnde ontdooiing kan worden gestopt door de 'Stop
ontdooiing' functie te activeren.
AK-CH 650
Capaciteitsregeling RS8ER310 © Danfoss 2016-02
Start na ontdooiing
Na de ontdooiing kan een afdruiptijd worden ingesteld, zodat
eventuele waterdruppels van de verdamper kunnen druipen voor
de koeling weer start.
Ontdooiuitgang
Het is mogelijk om een ontdooiuitgang te de niëren om een
externe automatische regeling aan te sturen. Deze uitgang
zal tijdens de ontdooiing geactiveerd zijn, maar zal gedeacti-
veerd worden tijdens een eventuele afdruiptijd.
Compressoren
Het is mogelijk om te de niëren of de normale capaciteits-
regeling voor de compressoren tijdens de ontdooiing actief
moet zijn of niet.
Pompen
De pompregeling is tijdens de ontdooiing altijd actief.
Status
Het is mogelijk om de volgende statuswaarden voor de ontdooi-
ing te zien:
- Ontdooistatus (AAN/UIT)
- Huidige temperatuur ontdooisensor
- Huidige ontdooitijd of duur laatste ontdooiing
- Gemiddelde ontdooitijd laatste 10 ontdooiingen
89