2.4.2
KEUZETOETS RIJSNELHEID
WAARSCHUWING
Gebruik de LAGE rijsnelheid bij het rijden op een helling of wanneer de machine op of van een vrachtwagen/
trailer wordt gereden. Wanneer de stabiliteit plotseling verandert, kan de machine kantelen of omrollen.
Met de schakelaar op het handvat van de rechter
rijhendel kan de HOGE (2e versnelling) of LAGE (1e
versnelling) rijsnelheid worden geselecteerd. Als de
contactsleutel van "ON" naar "OFF" wordt gedraaid,
wordt de rijsnelheid automatisch overgeschakeld naar
LAAG.
Stel de rijsnelheid in op LAAG (schildpad) om met de
machine te rijden op een zachte ondergrond of
helling, in een kleine ruimte of als grote trekkracht is
vereist.
Stel de rijsnelheid in op HOOG (haas) om met de
machine op een een vaste en vlakke ondergrond te
rijden.
Zie sectie "6. SPECIFICATIES" voor rijsnelheid.
2.4.3
SCHAKELAAR WERKLICHT
Met deze schakelaar worden de werklichten op de
giek en de canopy ingeschakeld.
"OFF"-stand: De lichten zijn uit.
"ON"-stand: De werklichten op de giek en de canopy
branden.
2.4.4
CLAXONSCHAKELAAR
OPGELET
Gebruik de claxon voordat de machine wordt gestart om medewerkers die zich in de buurt bevinden te
waarschuwen.
De claxon klinkt als op de schakelaar bovenop het
handvat van de linker bedieningshendel wordt
gedrukt.
Copyright©2018 Kobelco Construction Machinery Co.,Ltd. All rights reserved. [S2PW00054NL09] [0515CsCshWbYs]
2. KENNISMAKEN MET DE MACHINE
2-9
2