Inhoudsopgave
Advertenties
3. LOOPRICHTING CONTROLEREN
3.1
De motor in de programmeermodus brengen
Opgelet: Stappen 3.1.1 en 3.1.2 moeten binnen drie seconden worden uitgevoerd!
3.1.1 Houd de motortoets ingedrukt.
3.1.2 Druk op de OPEN-toets op de afstandsbediening.
Opmerking: Zorg ervoor dat het gewenste kanaal op de afstandsbediening gese-
lecteerd is.
3.1.3 Laat de motortoets los.
Opgelet: De volgende stappen moeten direct na elkaar worden uitgevoerd om techni-
sche defecten te vermijden.
Opmerking: Als de onderste eindpositie al is ingesteld, kunt u de volgende drie stappen
overslaan.
3.1.4 Druk op de linker pijltoets om de looprichting te controleren.
3.1.5 A) Wanneer het systeem naar boven beweegt, klopt de looprichting niet.
Druk onmiddellijk op de STOP-toets!
B) Wanneer het systeem naar beneden beweegt, klopt de looprichting.
Druk op de STOP-toets en ga verder met stap 3.7.
Opgelet: De looprichting wijzigen is alleen mogelijk wanneer de eindposities niet inge-
steld of gereset zijn.
3.1.6 Houd de motortoets een seconde lang ingedrukt om de looprichting te wijzigen.
De productafbeeldingen zijn symbooltekeningen die van het origineel kunnen afwijken.
3.1.1
+
Het systeem beweegt nu
eenmaal kort naar boven en
beneden
3.1.3
3.1.5 A
3.1.6
Het systeem beweegt nu
eenmaal kort naar boven en
beneden om aan te geven
dat de looprichting werd
gewijzigd.
1x
PowerView® |
Programmeerhandleiding
3.1.2
3.1.4
3.1.5 B
47
Advertenties
Inhoudsopgave
