Indicatoren en toetsenfuncties
Vrije toetsen en led's
Op het controlepaneel staan twee vrij programmeer- en beschrijfbare toetsen (12, 27) en twee vrij programmeer-
en beschrijfbare 3-kleuren led's (13, 28) ter beschikking die door de klant individueel gebruikt kunnen worden.
Deze functie staat echter pas ter beschikking vanaf softwareversie 7.1.
3.4 Indicatoren en toetsen in geval van alarm
De indicatoren en toetsen (1) t/m (5) bevatten functies die relevant zijn in geval van een brandalarm.
10
BRAND
Een brandalarm wordt bij de brandmeldcentrale optisch en akoestisch weergegeven.
De indicator BRAND (1) knippert rood, een akoestische waarschuwing klinkt op het
controlepaneel en de display (18) geeft de groep en het nummer van de melder, evenals
het aantal binnengekomen alarmen weer.
Vertraging
Met de toets Vertraagd An (2) kunt u de doormelding van een brandalarm met een
bepaalde tijd vertragen (bijv. om de gevolgen van valse alarmen te beperken).
U kunt de vertragingstijd instellen per meldergroep, waarbij u iedere meldergroep aan
een van 16 vertragingsniveaus kunt toewijzen. Welke meldergroepen toegewezen zijn
aan een individueel vertragingsniveau wordt door de projectering vastgelegd en kan in
de normale werking niet gewijzigd worden.
Bij een geactiveerde vertraging (dagprogramma) brandt de led bij de toets, bij een geac-
tiveerd nachtprogramma is de vertraging gedeactiveerd en de led blijft donker. Indien de
led niet van donker naar licht verandert dan is deze feature niet geprojecteerd.
Verkenning
In het geval van een brandalarm kunt u de functie Verkennen (interventieschakeling)
met de toets (3) activeren waardoor de beheerder gedurende een bepaalde tijd de brand-
melding verifiëren en mogelijke tegenmaatregelen treffen kan voordat de hoofdmelder
automatisch geactiveerd en de brandweer gealarmeerd wordt.
De verkenningstijd moet altijd afgesproken zijn met de brandweer of het interventieper-
soneel en is vast geprogrammeerd. Een geactiveerde vertragingsfunctie is de voorwaarde
voor de verkenningsfunctie.
Zoemer Afstellen
De toets Zoemer Afstellen (4) deactiveert de akoestische waarschuwing van het con-
trolepaneel (led van de toets brandt). Door ieder verder alarm en/of verdere storingsmel-
ding wordt de waarschuwing weer geactiveerd.
U kunt de akoestische waarschuwing van het controlepaneel uitschakelen ongeacht het
autorisatieniveau (vrijgave van de bediening).
Reset BMC
Met de toets Reset BMC (5) worden alle alarmen van de brandmeldcentrale gelijktijdig
gereset. Is het criterium voor het alarm nog niet verholpen (bijv. er is nog steeds rook
of de handbrandmelder is nog niet gereset enz.), wordt het alarm na 30 sec. opnieuw
weergegeven.
Handleiding Integral MAP • V 1.0
B-HB-020NL