83309307 1/2023-10 Ch
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Gascondensatieketel WTC-GB 15-B compact en WTC-GB 25-B compact
2.5.3 Elektrische werkzaamheden
Bij werken aan spanningsgeleidende onderdelen:
Voorschriften ter voorkoming van ongevallen en
plaatselijk geldende voorschriften, in het bijzonder het Algemeen Reglement voor
Elektrische Installaties (A.R.E.I.), naleven;
Gereedschap volgens EN IEC 60900 gebruiken.
Het toestel bevat componenten die door elektrostatische ontlading (ESD)
beschadigd kunnen worden.
Bij werken aan printplaten en contacten:
Printplaat en contacten niet aanraken
Evt. ESD-beveiligingsmatregelen treffen
2.5.4 Gastoevoer
Enkel de gasleverancier of een door de gasverdeelmaatschappij erkend
installatiebedrijf mag gasinstallaties in gebouwen en terreinen installeren,
wijzigen en onderhouden.
Leidingsystemen moeten overeenkomstig de werkingsdruk aan een
belastingsproef en dichtheidscontrole en/of een functionaliteitstest onderworpen
worden, bijv. DVGW-TRGI, arbeidsblad G 600.
Gasmaatschappij voor de installatie over de aard en de omvang van de geplande
installatie informeren.
Plaatselijke voorschriften en richtlijnen bij de installatie in acht nemen, bijv.
DVGW-TRGI, werkblad G 600; TRF volume 1 en volume 2.
Gastoevoer volgens de gassoort en de gaskwaliteit zo uitvoeren dat geen
vloeibare stoffen ontstaan, bijv. condensaat. Bij LPG de verdampingsdruk en de
verdampingstemperatuur in acht nemen.
Enkel gekeurd en toegelaten dichtingsmateriaal gebruiken en daarbij de
gebruiksinstructies in acht nemen.
Toestel opnieuw instellen wanneer naar een andere gassoort wordt
overgeschakeld.
Dichtheidscontrole na elk onderhoud en elke storingsoplossing uitvoeren.
2.6 Afvoer van afvalstoffen
Materiaal en componenten doelmatig en milieuvriendelijk afvoeren. Daarbij de
plaatselijk geldende voorschriften naleven.
11-220
2 Veiligheid