9
Bedrijfsstoffen
9
Bedrijfsstoffen
OPMERKING: Aanspraak op de garantie
Het gebruik van niet toegelaten bedrijfsstof-
fen kan verlies van de aanspraak op garantie
tot gevolg hebben.
B Alleen door de fabrikant toegelaten be-
drijfsstoffen toepassen.
B Respecteer de richtlijnen uit het DVGW-
werkblad G 260 en G 261.
9.1
Brandstofkwaliteit
Door de voorgeschreven brandstofkwaliteit te respecte-
ren wordt een zo lang mogelijke levensduur van de WKK
gewaarborgd.
9.1.1
Aardgasbedrijf
VOORZICHTIG: Motorschade!
Door bijmenging van vloeibaar gasmengsels
(propaan/lucht of butaan/lucht) treedt een
duidelijke afname van het methaangetal op.
Dit veroorzaakt een verslechtering van de
klopbestendigheid. Er kunnen ongecontro-
leerde ontstekingen ontstaan en de gasmo-
tor kan daardoor beschadigd raken.
B Informeer bij het gasbedrijf, of vloeibaar-
gasmengsels worden bijgemengd.
In aardgas mogen geen fosfor, arseen en geen zware me-
talen of stof aanwezig zijn. Halogenen mogen slechts aan-
wezig zijn tot de gespecificeerde grenswaarden.
Het aardgas moet technisch vrij zijn van nevel, stof en
vloeistoffen en mag geen noemenswaardige corrosieve
bestanddelen bevatten.
Het methaangetal en de calorische waarde van het aard-
gas moeten constant blijven.
Het methaangetal (niet te verwarren met het methaange-
halte) is een maat voor de klopneiging van de betreffende
gassoort. Een te laag methaangetal veroorzaakt een klop-
pende verbranding, vermogensreductie en af en toe ook
motorschade.
48
Montagehandleiding Loganova EN20 - Wijzigingen op basis van technische verbeteringen voorbehouden!
Kenmerk
1)
Methaangetal
MZ
Calorische waarde H
i,N
Chloorgehalte Cl
Fluorgehalte F
Totaal - chloor - fluor
Stofgehalte
2)
Oliedamp
3)
Siliciumgehalte
Zwavelgehalte S
Zwavelwaterstof H
S
2
Ammoniakgehalte NH
3
4)
Relatieve vochtigheid
Temperatuur van het gas-
mengsel na gas-/luchtmeng-
klep T
.
G
Minimale stroomdruk (over-
druk) aan de veiligheidsgasre-
gelkring grenzend.
Maximale stroomdruk (over-
druk) aan de veiligheidsgasre-
gelkring grenzend.
Maximale gasdrukvariaties
(regelvariaties kortstondig)
Maximale veranderingssnel-
heid van de dynamische
gasaansluitdruk.
Tab. 10 Aan te houden brandstofwaarden
1) Bedrijf met laag methaangetal is evt. na controle door Buderus
mogelijk.
2) In de veiligheidsgasregelkring mag geen condenswater
optreden.
3) Bij een hogere siliciumconcentratie overleg met Buderus
voeren.
4) In de veiligheidsgasregelkring mag geen condenswater
optreden. Dynamische gasaansluitdruk veiligheidsgasregelkring
conform WKK
Waarde
> 80
3
> 5 kWh/Nm
3
< 100 mg/Nm
CH4
3
< 50 mg/Nm
CH4
3
< 100 mg/Nm
CH4
3
< 10 mg/Nm
CH4
3
< 400 mg/Nm
CH4
3
< 5 mg/Nm
CH4
3
< 250 mg/Nm
CH4
3
< 250 mg/Nm
CH4
3
< 30 mg/Nm
CH4
< 50 %
10 °C < T
< 30 °C
G
25 mbar
80 mbar
± 2 mbar
3 mbar/min.