2. Sluit het apparaat aan op het elek-
triciteitsnet.
3. Zorg dat u stabiel staat en houd
het apparaat met beide handen
goed vast. Zet de spoelkap niet op
de grond.
4. Om het apparaat in te schake-
len, houdt u de aan-/uitknop (1)
ingedrukt.
Om het apparaat uit te schake-
len, laat u de aan-/uitknop (1) los.
Een schakeling voor continu bedrijf
is niet mogelijk.
Na uitschakeling van het ap-
paraat blijft de spoel nog eni-
ge tijd draaien. Laat de spoel
volledig tot stilstand komen.
Handen en voeten uit de
buurt houden! Gevaar voor
verwondingen!
Haal regelmatig de grasresten uit
de spoel, om te voorkomen dat het
maairesultaat vermindert.
Instellingen aan het
apparaat
Extra handgreep verstellen:
U kunt de extra handgreep in verschillende
posities brengen. Stel de hendel zo af dat
de spoelkap in de werkhouding iets naar
voren wordt gekanteld
Draai de moer (12) los en zet de hulp-
handgreep (10) in de gewenste stand.
Draai de moer weer vast.
Maaidraad vieren:
Uw apparaat is voorzien van een automa-
tisch navoermechanisme, m.a.w. de draad
wordt gevierd wanneer u met de snijkop
op de grond tikt. Mocht de draad in het
begin langer zijn dan de snijcirkel aan-
geeft, dan wordt hij door de draadsnijder
ingekort tot de juiste lengte.
Let op: Haal regelmatig de grasresten uit
de draadsnijder, om te voorkomen dat het
maairesultaat vermindert.
Controleer de nylon draden re-
gelmatig op schade en controleer
regelmatig of de maaidraden nog
lang genoeg zijn voor de draadsnij-
der.
• Wanneer geen draaduiteinden
zichtbaar zijn: Vervang de draad-
spoel (
16) (zie "Reiniging en on-
derhoud").
• Draadlengte handmatig instel-
len:
Stekker uittrekken!
Trek aan het draaduiteinde en druk her-
haaldelijk op de snijknop (
het draaduiteinde ongeveer 1 cm uit
de draadsnijder (
Werkinstructies
opgelet: gevaar voor ver-
wondingen!
• Maai geen vochtig of nat gras.
• Controleer eerst of de spoel niet in
contact is met stenen, kiezelzand of
andere vreemde voorwerpen voor-
dat u het apparaat inschakelt.
• Schakel het apparaat aan alvorens
u het te maaien gras nadert.
• Vermijdt overbelasting van het ap-
paraat tijdens het werken.
• Vermijdt aanraking met hindernis-
sen (stenen, muren, houten schut-
NL
BE
9) totdat
19) steekt.
31