Water aansluiten
3
Gebruik hiervoor de nieuwe, complete slang die is meegeleverd met het
apparaat. Gebruik geen gebruikte slangen.
De wateraanvoerslang met leertjes bevindt zich in de
trommel van de wasmachine. Waterdruk min. 0,03 MPa (0,3
bar), max. 1 MPa (10 bar).
1). controleer na aansluiting of de slang niet is gedraaid
2). controleer na aansluiting van de slang en de kraan of deze waterdicht zijn
3). controleer regelmatig de toestand van de slang
Voed de wasmachine uitsluitend met koud
water.
Waterafvoer
4
De afvoerslang bevindt zich op de achterkant van de wasmachine. Beveilig de
afvoerslang zodanig dat hij zich niet kan verplaatsen tijdens de werking van
het apparaat! Gebruik indien noodzakelijk een steunbeugel.
21