Inhoudsopgave
Advertenties
3.2 Standaardconfiguratie fotocellen
Ingangen FT1 en FT2 zijn ingeschakeld als een productiestandaard. In de tabel vindt u de standaardconfiguratie van de fotocellen
en gerelateerde parameters van de uitgebreide modus.
Als er geen fotocellen worden geïnstalleerd:
overbruggen.
Parameter
Omschrijving
50 00
FT1 gedrag na onderbreking straal bij opening
51 02
FT1 gedrag na onderbreking straal bij sluiting
52 01
FT1 in alarm verhindert elke werking van de motor
53 03
FT2 gedrag na onderbreking straal bij opening
54 04
FT2 gedrag na onderbreking straal bij sluiting
55 01
FT2 in alarm verhindert elke werking van motor
3.3 standaardconfiguratie veiligheidsbanden
Ingangen COS1 en COS2 zijn ingeschakeld als een productiestandaard. In de tabel vindt u de standaardconfiguratie van de
veiligheidsbanden en de gerelateerde parameters van de uitgebreide modus.
73 03
Programmatie veiligheidsband 1
74 01
Programmatie veiligheidsband 2
Als er geen veiligheidsbanden worden geïnstalleerd:
3.4 Koppeling van de radio-ontvanger
De ontvanger (zie figuur 1) heeft twee functies voor de draadloze afstandsbediening die zijn toegewezen op de volgende manier
als een productie-standaard:
PR1 Functie stap bij stap (kan veranderen op par.
PR2 Functie voetgangersopening (kan veranderen van Par.
3.5 Functie Display - Functiemodus
Het display kan verschillende informatie geven afhankelijk van de geactiveerde functie:
Bedienings-en veiligheidsmodus: De status van de stuuringangen wordt weergegeven met twee cijfers links, de status van de
beveiliging wordt weergegeven met twee cijfers rechts.
Parametermodus: de twee linkse cijfers tonen het nummer van de parameter, de twee rechtse cijfers zijn nummers:
Bijvoorbeeld:
-
Gewone modus:
-
Volledige modus:
In de uitgebreide modus wordt de naam van de parameter benadrukt door de aanwezigheid van twee verlichte decimalen en
A v
door de letter
oor de parameters onder 10. Dit verschilt van de eerste 10 parameters van de vereenvoudigde modus.
Stand-by-modus: De Led-power knippert, dit toont de aanwezigheid van voedingspanning (= decimaal punt helemaal links).
Het schakelt automatisch over naar stand-by na 30 minuten inactiviteit.
Test-modus: De twee linkse cijfers tonen de naam van de geactiveerde parameter (5 sec. zichtbaar); de twee rechtse cijfers
(knipperen) tonen het nummer van de beveiligingsklem, eventueel in staat van alarm. (ofwel
alarm is, bijgevolg is de sturing klaar om het commando te volgen. Uitzondering: wanneer een eindschakelaar wordt
geactiveerd, dat wordt weergegeven, maar de werking van de motoren niet beïnvloedt). De zichtbaarheid van de beveiliging
en alarm blijft op het display tot hij opnieuw tot rust komt. Bij verschillende alarmen verschijnen ze in volgorde van prioriteit.
50 00 51 00 53 00
54 00
en
.
73 00 74 00
Of hun terminals met de COM klem elektrisch overbruggen.
76
)
77
)
2- 02
A2 02
.
Of hun terminals met de COM klem elektrisch
Standaardinstelling
0 (Negatief)
2 (Omkering, poort opent)
1 (negatief, laat opening toe)
3 (tijdelijke stop, als FT2 vrij opent de poort verder)
4 (omkering, poort opent)
1 (negatief, laat opening toe)
Switch, keer bij elke beweging om
Veiligheidsband 2 staat af, of is niet geïnstalleerd
00
als geen enkele veiligheid in
Advertenties
Inhoudsopgave
