In een volledige cirkel gerangschikt, kunnen hier de verschillende basismeetbereiken, door
draaien van de schakelaar, gekozen worden:
mV
= millivolt AC/ DC (milli = 10 exp.
V
= Volt AC/ DC
mA
= milli- ampère Ac/ DC
A
= Ampère AC/ DC
hfe
= transistortest
F
= capaciteitsmeting
Ω
= weerstandsmeting
[Afb.] = akoestische doorgangstester
[Afb.] = diode- test
DUTY%= meting van de puls-/ pauze- verhouding
Hz
= frequentiemeting
H
= meting van inductiviteiten (H = Henry)
d)
10 A- bus
Voor gelijk- en wisselstromen tot max. ! 10A moet het rode meetsnoer hier ingestoken
worden.
Let op!
De meetfunctie- schakelaar mag bij de stroommeting in geen geval op spanningsme-
ting (mV of V) staan.
e)
mA- bus
Voor gelijk- en wisselstromen tot max. ! 200 mA moet het rode meetsnoer hier inge-
stoken worden, maar alleen als de meetfunctieschakelaar in de positie "mA"staat.
f)
COM – Common bus
Hier moet voor alle metingen, behalve bij de capaciteit- en hfe- metingen, het zwarte
meetsnoer ingestoken worden (Common- bus betekent minus- of "-" of massa- bus).
g)
V/Ohm- bus
Het rode meetsnoer moet in deze bus gestoken worden, als u spanning- of frequen-
tiemetingen, doorgangstests, diodetests of logische tests wilt uitvoeren.
4.4.4 Display- (aanduiding)- uitleg en symbolen boven de werkingssoorten
A) Digitale aanduiding
het display kan waarden tot "1999" weergeven, waarbij de polariteit (-) automatisch
weergegeven wordt (bij negatieve spanningen resp. omgekeerde polariteit). Er zijn bo-
vendien nog 3 decimale posities.
a) Diode- test
De waarde die aangegeven wordt, is de doorlaatspanning bij ca. 1 mA teststroom. Het
meetbereik bedraagt hier 0 tot 3 V.
b) Doorgangstest
Met deze functie kunt u de doorgang van spanningloze leidingen, steekverbindingen of
zekeringen akoestisch en optisch (aanduiding van de meetwaarde) testen.
c) Negatieve polariteit
Bij verwisselde meetsnoeren resp. bij negatieve polariteit verschijnt er een "-"- teken voor
–3
)
8