-
Back-ups
®
De computer van de ADVANTAGE PLUS
Pass-Thru-reinigingsmachine is met
gespiegelde harde schijven uitgerust. Gespiegelde harde schijven bestaan uit een
hoofdschijf en een tweede harde schijf die een exacte kopie van de eerste harde
schijf bevat. Deze configuratie biedt een back-up van het volledige
computersysteem.
De ADVANTAGE PLUS Pass-Thru-reinigingsmachine gebruikt MICROSOFT SQL
Server 2012 Express om de databankbestanden te genereren. De databanken
moeten regelmatig geback-upt worden. Hoewel de gespiegelde harde schijven
bescherming bieden tegen een defecte harde schijf beschermen regelmatige back-
ups van de databank op een externe drager (cd, memory stick of server) tegen
gecorrumpeerde databanken of een complete systeemuitval. Volg de procedures
voor het maken en bewaren van back-ups die door uw afdeling vastgelegd werden.
Medivators biedt een back-upprogramma, SQLBackupAndFTP, dat vooraf op het
ADVANTAGE PLUS Pass-Thru-systeem geïnstalleerd werd. Deze utiliteit moet
geconfigureerd worden. Neem contact op met Medivators voor een gedetailleerde
beschrijving van de back-upprocedure.
Netwerken
De ADVANTAGE PLUS Pass-Thru-reinigingsmachine kan in een lokaal netwerk met
andere ADVANTAGE PLUS Pass-Thru-systeemeenheden geïntegreerd worden.
Een computer die deel uitmaakt van een ADVANTAGE PLUS Pass-Thru-
systeemeenheid of een autonome computer kan als server gebruikt worden. De
andere ADVANTAGE PLUS Pass-Thru-systeemeenheden worden als cliënten van
de server gebruikt. De servercomputer voert de Server- en Management-applicaties
uit en bevat de ADVANTAGE PLUS Pass-Thru-systeemdatabank waar alle
parameters en cyclusresultaten bewaard worden. De cliënten voeren de LIO- en
Print Service-applicaties uit. Op deze manier kan iedere ADVANTAGE PLUS Pass-
Thru-systeemeenheid (cliënt) de programma's Disinfection (desinfectie), Recovery
(herstel) of Water Line Disinfect (desinfectie van de waterleiding) onafhankelijk
starten en uitvoeren waarbij de cyclusresultaten afgedrukt worden op de
bijbehorende printer. De toegang tot managementfuncties en administratieve
functies (parameters, gebruikers, cycluslogboeken enz.) is dan uitsluitend via de
servercomputer mogelijk.
Om een netwerk van ADVANTAGE PLUS Pass-Thru-systeemeenheden te creëren,
moeten alle ADVANTAGE PLUS Pass-Thru-systeemeenheden (cliënten) en de
servercomputer met een hub verbonden zijn en een uniek IP-adres hebben.
Daarnaast moet een unieke werkgroep aangemaakt worden en iedere cliënt en de
servercomputer moeten geconfigureerd worden om van deze werkgroep deel uit te
maken. Nadat de werkgroep aangemaakt werd, kunnen de relevante applicaties van
het ADVANTAGE PLUS Pass-Thru-systeem op iedere eenheid geïnstalleerd
worden, waarbij met de servercomputer gestart wordt. Als tijdens de installatie de
naam of het IP-adres van de server gevraagd wordt, moet bij iedere eenheid de
computernaam van de servercomputer ingegeven worden. Iedere gebruiker moet de
152