UMG 511
Inbedrijfname
Voedingsspanning aanleggen
• De hoogte van de voedingsspanning voor
de UMG511 kunt u op het typeplaatje vinden.
• Na het aanleggen van de voedingsspanning
verschijnt een melding. Ongeveer 15 seconden
later schakelt de UMG511 naar de eerste
aangegeven meetwaarde om.
• Verschijnt er geen melding, dan
moet gecontroleerd worden, of de
voedingsspanning binnen het nominale
spanningsbereik ligt.
c
Let op!
Vo eding s s pa nninge n die niet
overeenkomen met hetgeen op het
typeplaatje aangegeven wordt,
kunnen tot verkeerde werking en
vernieling van het apparaat leiden.
c
Let op!
De UMG511 is alleen geschikt
voor het meten in netwerken,
w a a r i n o v e r s p a n n i n g e n v a n
de overspanningscategorie 600V
CATIII kunnen voorkomen.
74
Meetspanning aanleggen
• Spanningsmetingen in netwerken met
nominale spanningen boven 500VAC tegen
aarde moeten via spanningsomvormers
aangesloten worden.
• Na het aansluiten van de meetspanningen
moeten de door de UMG511 aangegeven
meetwaarden voor de spanningen L-N
en L-L overeenkomen met die op de
spanningsmeetingang.
• Is een spanningsomvormerfactor
geprogrammeerd, dan moet deze bij
de vergelijking in aanmerking genomen
worden.
C
Voor de in-bedrijfstelling dienen de
mogelijke gelogde gegevens vanuit
de productie, min-max waarden en
gelogde data, verwijderd te worden.
c
Let op!
De UMG511 is niet geschikt voor
de meting van gelijkspanningen.