Beeldovergangen wijzigen
U kunt kiezen uit 3 overgangseffecten voor het wisselen van beelden in de
enkelvoudige weergave.
Beelden beveiligen
U kunt belangrijke beelden beveiligen, zodat ze niet per ongeluk met de
camera kunnen worden gewist (pp. 30, 134).
Een selectiemethode selecteren
Als u de geheugenkaart formatteert (pp. 24, 161), worden beveiligde
beelden ook gewist.
Beveiligde beelden kunnen niet worden gewist met de wisfunctie van de
camera. Hef eerst de beveiligingsinstellingen op voordat u een beeld wist.
130
Selecteer [Overgang].
Druk op de knop n en selecteer
[Overgang] op het tabblad 1.
Druk vervolgens op de knoppen qr
om een overgangseffect te selecteren.
Selecteer [Beveilig].
Druk op de knop n om [Beveilig]
te selecteren op het tabblad 1.
Druk vervolgens op de knop m .
Selecteer een selectiemethode.
Druk op de knoppen op of draai de
knop 5 om een selectiemethode te
kiezen. Druk vervolgens op de knop m.
Druk op n om de instelling te
voltooien en terug te keren naar het
menuscherm.