Netwerkinstellingen configureren en testbeelden
afdrukken
De printer is geconfigureerd met de volgende APIPA-adressen:
Printer IP-adres:
Subnet mask:
Uw netwerkbeheerder kan u de volgende informatie geven:
16
Printer IP-adres:
Netmask:
IP-adres van de router:
Aangeroepen AE-titel:
The printer is configured with the
1
Slide the keypad cover backwards.
following APIPA addresses:
1. Schuif het deksel van het toetsenbord naar achter.
Printer IP address:
Subnet mask:
2
Select and initiate the printer
installation wizard.
1. Press the Key-operator key.
2. In the Key-operator main menu, select
2. Selecteer en start de printerinstallatiewizard.
Installation.
a) Druk op de toets Hoofdoperator.
3. In the Installation menu, select Printer
b) Selecteer Installatie in het Hoofdoperator-hoofdmenu.
install.wizard.
c) Selecteer Printerinstallatiewizard in het Installatiemenu.
4. Follow the instructions.
d) Volg de instructies.
(see Reference manual).
(zie Referentiehandleiding).
3. Selecteer en start de printerkalibratie.
Printer IP address:
a) Druk op de toets Hoofdoperator.
Subnet mask:
2903S EN 20121207
2903S EN 20121207
Drystar 5500, Drystar 5503 | Plug & Play Installatiehandleiding | 167
Configure network settings & print test im
169.254.10.10
255.255.0.0
The printer is configured with the
following APIPA addresses:
169.254.10.10
255.255.0.0
Printer IP address:
Netmask:
Router IP address:
Called AE_Title:
3
1. Press the Key-operator key.
2. In the Key-operator main menu, select
3. In the Select Calibration menu, select F
4. Follow the instructions.
169.254.10.10
255.255.0.0
Ask your network manager
the following information:
Select and initiate printer calib
calibration.
(see Reference manual).
Printer IP address:
Netmask:
Router IP address:
Called AE_Title:
2901J NL 20181005 1523
Ask your netwo
the following in