Inhoudsopgave
Advertenties
6.14 De bowdenbuizen vervangen
De bowdenbuizen geleiden het filament van de feeders naar de printkop.
Als onjuist afgesneden of vergruisd filament door de bowdenbuis wordt gevoerd, kan de binnenzijde van de
buis worden bekrast of beschadigd raken. Als dit gebeurt, wordt het filament niet meer vloeiend naar de printkop
doorgevoerd. Dit kan leiden tot onderextrusie of andere problemen met de printkwaliteit.
Als een bowdenbuis enkele keren is verwijderd, kan de flens verslijten. Als dit gebeurt, kan de flens de bowdenbuis niet
meer stevig vastzetten. De bowdenbuis beweegt dan tijdens het printen op en neer. Dit kan de printkwaliteit negatief
beïnvloeden.
Als de bowdenbuizen beschadigd zijn, moeten ze worden vervangen. Voor het behouden van optimale printkwaliteit
wordt het aanbevolen de bowdenbuizen elk jaar te vervangen.
Demonteren
1.
Verwijder om te beginnen het materiaal. Ga naar het configuratiemenu, selecteer het materiaal dat u wilt
verwijderen en selecteer vervolgens Verwijderen. Schakel vervolgens de printer uit.
2.
Breng de printkop naar de hoek rechtsvoor.
3.
Verwijder de klemmen van de buiskoppelflenzen aan de bovenkant van de printkop en feeders met uw nagel.
4.
Houd de flens in de printkop tegen en trek tegelijkertijd de bowdenbuis naar boven uit de printkop.
Herhaal deze stappen voor de feeder.
5.
Voor het verwijderen van de bowdenbuis uit Extruder 2 (rechts), maakt u de vier kabelklemmen los van de bowdenbuis.
59
Advertenties
Inhoudsopgave
