Het ondermes afstellen na slijpen,
wetten of demontage
Volg deze procedure bij de eerste instelling van het
maaidek en na het slijpen, wetten of demonteren van
de messenkooi. Dit is geen instelling die dagelijks
moet worden uitgevoerd.
Opmerking:
Deze procedure kan worden uitgevoerd
wanneer de maai-eenheid gemonteerd is op de
tractie-eenheid.
Opmerking:
Bij eFlex maai-eenheden heeft het
contact tussen messenkooi en ondermes een
aanzienlijke invloed op het energieverbruik. Een heel
licht contact is het beste voor de maaiprestaties en
het accuverbruik.
1.
Schakel de tractie-eenheid uit.
2.
Verkrijg toegang tot de maai-eenheid; zie
Toegang verkrijgen tot de maai-eenheid (bladz.
7).
3.
Draai de messenkooi zodanig dat een mes de
rand van het ondermes kruist tussen de eerste
en de tweede schroefkop van het ondermes aan
de rechterkant van de maaieenheid.
4.
Breng een merkteken aan op het mes op de
plaats waar dit de rand van het ondermes kruist.
Opmerking:
Dit maakt latere instellingen
eenvoudiger.
5.
Plaats een vulplaat van 0,05 mm (Toro
onderdeelnr. 140-5531) tussen het mes en de
rand van het ondermes op het punt dat in stap
gemerkt is.
6.
Draai aan de rechterafstelschroef van de snijbalk
(Figuur
8) tot u een lichte druk (weerstand) voelt
als u de vulplaat heen en weer schuift. Verwijder
de vulplaat.
7.
Voor de linkerzijde van de maaieenheid draait u
de messenkooi langzaam tot het dichtstbijzijnde
mes de rand van het ondermes kruist tussen de
eerste en de tweede schroefkop.
8.
Herhaal stap
4
tot en met
van de maaieenheid en de linkerstelschroef van
de snijbalk.
9.
Herhaal stap
5
en
de contactpunten aan de linker- en rechterkant
van het maaidek.
10.
Om een licht contact tussen het ondermes en
de messenkooi te verkrijgen dient u elk van
de stelschroeven van de snijbalk 3 klikstanden
rechtsom te draaien.
Opmerking:
Elke klikstand van de stelschroef
van de snijbalk beweegt het ondermes
0,018 mm. Draai de stelschroeven niet te
vast.
6
voor de linkerzijde
6
totdat er een lichte druk is bij
Stelschroef rechtsom draaien: de rand van het
ondermes beweegt naar de messenkooi toe.
Stelschroef linksom draaien: de rand van het
ondermes beweegt van de messenkooi af.
11.
Plaats een lange strook maai-testpapier
(Toro onderdeelnummer 125-5610) tussen de
messenkooi en het ondermes, haaks op het
ondermes
(Figuur
dan langzaam naar voren; de kooi moet het
papier afsnijden. Zo niet, draai elke stelschroef
van de snijbalk dan 1 klik rechtsom en herhaal
deze stap totdat het papier wel gesneden wordt.
Opmerking:
Als het contact tussen het ondermes
en de messenkooi te zwaar wordt, kunt u de voorrand
van het ondermes wetten of vernieuwen of de
4
maai-eenheid slijpen om de scherpe snijranden
te krijgen die nodig zijn om met grote precisie te
kunnen maaien; (zie Toro handleiding Slijpen van
maaimachines met messenkooien en roterende
messen, documentnr. 09168SL).
De maai-eenheid
aanpassen aan de
gazonomstandigheden
Gebruik de volgende tabel om het juiste ondermes
te bepalen voor uw gazonomstandigheden. Neem
contact op met uw erkende Toro verdeler om
bijkomende ondermessen en rollen aan te schaffen.
Raadpleeg
De maaisnelheid afstellen (bladz. 12)
instructies bij het instellen van de juiste maaisnelheid
voor uw gazon.
Aanbevolen ondermes/maaihoogtetabel
Ondermes
Edgemax Micro-cut
(standaard)
9
9), en draai de messenkooi
Figuur 9
Maaihoogte
1,5 tot 4,7 mm
g310820
voor