83258407 • 1/2013-04 • La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Cascademanager WCM-KA 3.0
6 Bediening
6.6.5 Minimale vertrektemperatuur instellen
Met deze parameter wordt de de minimale gewenste vertrektemperatuur vastgelegd.
▶
Vakman #1-menu activeren (zie hfst. 6.6).
▶
Op functietoets Stookkring#1 drukken.
✓
Het menu Stookkring#1 wordt weergegeven
▶
Op functietoets Vertrek min drukken.
✓
De parameter Vertrek min wordt weergegeven.
▶
Met de draaiknop de waarde instellen en met de functietoets OK opslaan.
Stookkring#1
01
Vertrek min
Vertrek max
Vertrek min
-
+
8.0 °C
8.0°C - 75.0°C
6.6.6 Maximale vertrektemperatuur instellen
Met deze parameter wordt de warmtevraag tot de max. vertrektemperatuur beperkt.
▶
Vakman #1-menu activeren (zie hfst. 6.6).
▶
Op functietoets Stookkring#1 drukken.
✓
Het menu Stookkring#1 wordt weergegeven
▶
Op functietoets Vertrek max drukken.
✓
De parameter Vertrek max wordt weergegeven.
▶
Met de draaiknop de waarde instellen en met de functietoets OK opslaan.
Stookkring#1
01
Vertrek min
Vertrek max
Vertrek max
-
+
75.0 °C
8.0°C - 82.0°C
54-118
Einde
8.0°C
75.0°C
341
Einde
Standaard
OK
Einde
8.0°C
75.0°C
342
Einde
Standaard
OK