Proline 200 HART
5.1.5
Voorwaarden voor de voedingseenheid
Voedingsspanning
Transmitter
Er is een externe voedingsspanning nodig voor elke uitgang.
Voedingsspanning voor een compacte uitvoering zonder lokaal display
Bestelcode voor "uitgang"
Optie A: 4-20 mA HART
Optie B: 4-20 mA HART, puls-/frequentie-/
schakeluitgang
Optie C: 4-20 mA HART + 4-20 mA analoog
Optie D: 4-20 mA HART, puls-/frequentie-/
schakeluitgang, 4-20 mA stroomingang
1)
In geval van externe voedingsspanning van de voedingseenheid met belasting
2)
De minimale klemspanning wordt hoger indien de lokale bediening wordt gebruikt: zie volgende tabel
3)
Spanningsval 2,2 tot 3 V voor 3,59 tot 22 mA
Toename minimale klemspanning
Lokale bediening
Bestelcode voor "Display; bediening", optie C:
Lokale bediening SD02
Bestelcode voor "Display; bediening", optie E:
Lokale bediening SD03 met verlichting
(achtergrondverlichting niet gebruikt)
Bestelcode voor "Display; bediening", optie E:
Lokale bediening SD03 met verlichting
(achtergrondverlichting gebruikt)
Bestelcode voor "Sensoruitvoering; DSC-sensor; meetbuis", optie DA, DB, DC, DD:
Massa (druk-/temperatuurgecompenseerd)
Belasting
Belasting van stroomuitgang: 0 ... 500 Ω, afhankelijk van de externe voedingsspanning van de
voedingseenheid
Berekening van de maximale belasting
Afhankelijk van de voedingsspanning van de voedingseenheid (U
belasting(R
) inclusief de kabelweerstand rekening worden gehouden om een voldoende
B
klemspanning op het instrument te waarborgen. Houd daarbij de minimale klemspanning aan
Endress+Hauser
Minimum
klemspanning
≥ DC 12 V
≥ DC 12 V
≥ DC 12 V
≥ DC 12 V
3)
1)
Maximum
2)
Klemspanning
Toename minimale
Klemspanning
), moet met de maximale
S
Elektrische aansluiting
DC 35 V
DC 35 V
DC 30 V
DC 35 V
+ DC 1 V
+ DC 1 V
+ DC 3 V
+ DC 1 V
19