3. INSTALLATIE
3.1 HET APPARAAT INSTALLEREN
Neem voordat u het apparaat installeert nauwkeurig de veiligheidsinformatie (hoofdstuk 1) door.
1. Uitpakken
Verwijder de verpakkingsmaterialen en voer ze af op gepaste wijze. Controleer of het apparaat niet
beschadigd is. Sluit het apparaat niet aan wanneer het beschadigd is. Meld mogelijke schade onmiddellijk aan
de klantenservice. Bewaar in dat geval de verpakking.
2. Locatie
•
De locatie waar u uw apparaat plaatst, moet goed geventileerd zijn.
•
Verplaats het apparaat altijd met twee personen. Gebruik twee handen bij het verplaatsen, tillen of draaien van
het apparaat.
•
Plaats het apparaat niet in de buurt van een warmtebron, zoals een fornuis of boiler, en zorg dat er geen direct
zonlicht op valt, zodat het koeleffect gegarandeerd is en u bespaart op energieverbruik.
•
Plaats het apparaat niet op een vochtige plaats, zodat het niet kan gaan roesten en er geen lekstroom optreedt.
•
Gebruik het apparaat niet buiten. Het apparaat is alleen bedoeld voor gebruik binnenshuis.
3. Plaatsen van het apparaat
•
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik als inbouwapparaat.
•
Gebruik alleen de originele, meegeleverde accessoires voor de installatie.
•
Om de draairichting van de deur te veranderen, ga naar paragraaf 3.2.
•
Tijdens de werking geeft het apparaat warmte af aan de omgeving. Daarom moet
er ten minste 5 cm vrije ruimte zijn aan de bovenkant, minimaal 5 cm aan beide
zijkanten en minimaal 5 cm aan de achterkant van het apparaat (zie
paragraaf 2.1).
•
Gebruik de voorste stelpoten om het apparaat waterpas te positioneren. Als het
apparaat niet waterpas staat, is het mogelijk dat de deur niet goed afsluit waardoor
de koelprestaties van het apparaat verminderen. Indien het apparaat niet waterpas
staat kan dit tevens leiden tot storingen.
•
Zorg ervoor dat de stroomkabel niet vastzit of beschadigd tijdens het plaatsen of
positioneren van het apparaat.
•
Het moet mogelijk zijn om het apparaat van de hoofdstroomtoevoer af te halen. De
stekker moet daarom na installatie gemakkelijk toegankelijk zijn.
•
Plaats het apparaat altijd op een vochtbestendige en droge ondergrond.
•
Zet het apparaat op een stevige en vlakke ondergrond (vloer) zodat ze stabiel
staat, anders kunnen er trillingen en lawaai ontstaan. Wanneer het apparaat op
vloerbedekking zoals tapijt, stromatten of polyvinylchloride (PVC) wordt geplaatst,
plaats dan een stevige plaat of afdekking onder het apparaat om kleurverandering
door warmteafvoer te voorkomen.
4. Reinig
Voordat het apparaat in gebruik genomen wordt, reinig eerst de binnenkant en alle
bijbehorende accessoires met lauw water en neutrale zeep. Droog alles zorgvuldig.
Gebruik geen oplosmiddelen of schuurpoeders; deze kunnen de coating beschadigen.
5. Wacht
Bij de eerste installatie (of na het omdraaien van de deur) moet u minstens 4 uur wachten voordat u de stekker
van het apparaat in het stopcontact steekt. Hierdoor kan de olie terug in de compressor stromen.
6. Inschakelen
Controleer voordat u de stroomkabel in het stopcontact steekt of de spanning en frequentie van het typeplaatje
overeenkomen met uw voedingsnet. Sluit het apparaat alleen aan op een geaard stopcontact. Open na 1
uur de deur van het apparaat. Als de temperatuur in het apparaat merkbaar lager is, geeft dit aan dat het
koelsysteem normaal functioneert.
10