Problemen en storingen
A
Gevaar!
Voordat u de fout gaat opsporen eerst:
− het apparaat uitzetten,
− de stekker uit het stopcontact trekken en
− wachten tot het zaagblad helemaal stil-
staat.
Nadat de storing opgeheven is moet de goede wer-
king van alle veiligheidsvoorzieningen als eerste
gecontroleerd worden.
De motor draait niet
Het minimumspan-
ningsrelais staat op,
"uit" vanwege een tij-
delijke stroomonder-
breking.
Er is geen (net)span-
ning.
De motor is oververhit.
Bv. door:
− een stomp zaag-
blad
− De voedingssnel-
heid is te hoog.
− een ophoping van
zaagsel
in
het
apparaat.
Het zaagblad draait in de verkeerde richting
(alleen geldig bij draaistroommotoren)
De fasedraden in het
stopcontact van de
machine liggen ver-
keerd om
De zaagprestaties laten het afweten
Het zaagblad is stomp
(het zaagblad kan
eventueel schroeivlek-
ken vertonen aan de
zijkanten)
De afkantslede glijdt moeizaam
Er zit vuil in de rolla-
gers en/of het loopvlak
1.20
Activeer het minimum-
spanningsrelais.
Controleer het snoer,
de stekker, en de zeke-
ringen.
Verwijder de oorzaak
van de oververhitting.
Laat het apparaat
enige minuten afkoe-
len en zet het dan
opnieuw aan.
Doe een fasenverwis-
seling (zie hoofdstuk
„Montage en aanslui-
ting")
Zaagblad vervangen
(zie hoofdstuk „Onder-
houd")
Schoonmaken. Even-
tueel de glijvlakbor-
stels bijstellen of ver-
vangen
PKF 255 V8