HANDLEIDING SIGNALPOINT PRO
5 Installatie
SIGNALPOINT PRO IS GESCHIKT VOOR INTRINSIEK VEILIGE INSTALLATIE EN GEBRUIK OP GEVAARLIJKE
PLAATSEN IN ZONE 1 OF 2 IN EUROPA EN IN DIVISIE 1 IN NOORD-AMERIKA.
DE INSTALLATIE MOET WORDEN UITGEVOERD VOLGENS DE ERKENDE NORMEN VAN DE BEVOEGDE INSTANTIE
DE STROOM MOET WORDEN UITGESCHAKELD VOOR WERKZAAMHEDEN AAN DE BEDRADING (RAADPLEEG
VOOR EEN INTRINSIEK VEILIGE INSTALLATIE MOETEN DE BARRIÈRE EN CONTROLLER IN EEN ONGEVAARLIJKE
RUIMTE WORDEN GEPLAATST. ALLEEN DE SENSOR MOET OP DE GEVAARLIJKE PLAATS WORDEN
OM DE INTRINSIEKE VEILIGHEID TE BEHOUDEN, MOET DE BEDRADING VOOR DE ZENDER VIA EEN
ZENERDIODEBARRIÈRE WORDEN GELEID DIE VOLDOET AAN DE PARAMETERS DIE ZIJN AANGEGEVEN IN
TEKENING P-1446. DE GEKOZEN BARRIÈRE MOET ZIJN GOEDGEKEURD MET INTRINSIEK VEILIGE CIRCUITS
VOOR DE KLASSE EN GROEP VAN GEVAARLIJKE PLAATSEN DIE VOOR DE TOEPASSING GELDT. DE
CAPACITANTIE VAN DE KABEL PLUS DE CAPACITANTIE VAN DE ZENDER (CI) MOET KLEINER DAN OF GELIJK ZIJN
AAN DE CA OP DE BARRIÈRE. DE INDUCTANTIE VAN DE KABEL PLUS DE INDUCTANTIE VAN DE ZENDER (LI)
MOET KLEINER DAN OF GELIJK ZIJN AAN DE LA OP DE BARRIÈRE. DE BARRIÈRE MOET IN DE ONGEVAARLIJKE
ALLE INTRINSIEK VEILIGE BEDRADING MOET GESCHEIDEN WORDEN GEHOUDEN VAN DE BEDRADING DIE NIET
INTRINSIEK VEILIG IS. VERBIND DE AARDELEIDING VAN DE BARRIÈRE MET DE GRONDBUS VAN HET
STROOMVERDELINGSPANEEL (CONTROLLER). DE WEERSTAND TOT DE GROND MAG NIET GROTER ZIJN DAN
ELEKTRISCHE APPARATUUR DIE IS AANGESLOTEN OP EEN INTRINSIEK VEILIG SYSTEEM, MAG NIET MEER DAN
250V (VRMS) GEBRUIKEN OF OPWEKKEN TEN OPZICHTE VAN DE AARDE.
DE INSTALLATIE MOET WORDEN UITGEVOERD VOLGENS DE AANWIJZINGEN VAN DE FABRIKANT VAN DE
BARRIÈRE EN ARTIKEL 504/505 IN DE NATIONAL ELECTRIC CODE, ANSI/NFPA 70 EN/OF DE CANADIAN
DE BEHUIZING VAN DE BARRIÈRE MOET VOLDOEN AAN DE VEREISTEN VAN ANSI/ISA S82 VOOR GEBRUIK OP
ONGEVAARLIJKE PLAATSEN OF GEVAARLIJKE PLAATSEN UIT KLASSE I, DIVISIE 2, GROEP A, B, C EN D. GEBRUIK
EEN STOFDICHTE BEHUIZING EN LEIDINGPAKKINGEN MET EEN UL-VERMELDING OF NRTL-GOEDKEURING DIE
GESCHIKT ZIJN VOOR MILIEUBESCHERMING OP GEVAARLIJKE PLAATSEN UIT KLASSE II, DIVISIE 2, GROEP F EN
ALLEEN DAARVOOR OPGELEID PERSONEEL MAG TOEGANG KRIJGEN TOT DE BINNENKANT VAN DE DETECTOR.
RAADPLEEG HET HOOFDSTUK "ONDERHOUD ONDER SPANNING".
OM HET RISICO VAN ONTBRANDING IN EEN GEVAARLIJKE ATMOSFEER TE BEPERKEN, DIENT DE APPARATUUR
LOSGEKOPPELD TE WORDEN VAN HET LICHTNET, ALVORENS DE METALEN PLAAT OP DE BEHUIZING VAN DE
ZORG ERVOOR DAT BIJ DE UITVOERING VAN WERKZAAMHEDEN DE PLAATSELIJKE VOORSCHRIFTEN EN
PROCEDURES VAN DE VESTIGING WORDEN GEVOLGD. DE VAN TOEPASSING ZIJNDE NORMEN MOETEN
WORDEN AANGEHOUDEN OM DE TOTALE CERTIFICERING VAN DE DETECTOR TE WAARBORGEN.
AANBEVOLEN WORDT DE SENSOREN REGELMATIG AAN EEN SCHOKTEST TE ONDERWERPEN OM DE JUISTE
LAAT HET APPARAAT MET GEÏNSTALLEERDE SENSOR NIET VOOR LANGE TIJD ZONDER STROOM STAAN BIJ EEN
WEES VOORZICHTIG BIJ HET AANRAKEN VAN DE SENSOREN, OMDAT ZE CORROSIEVE MIDDELEN
DE SENSOR MAG OP GEEN ENKELE WIJZE WORDEN AANGEPAST OF GEDEMONTEERD.
STEL HET TOESTEL NIET BLOOT AAN TEMPERATUREN BUITEN HET AANBEVOLEN BEREIK.
STEL DE SENSOR NIET BLOOT AAN BIOLOGISCHE OPLOSMIDDELEN OF ONTVLAMBARE VLOEISTOFFEN.
NA HET VERSTRIJKEN VAN DE LEVENSDUUR MOETEN DE SENSOREN OP MILIEUVRIENDELIJKE WIJZE WORDEN
AFGEVOERD. VOLG DAARBIJ DE PLAATSELIJKE VOORSCHRIFTEN VOOR AFVALVERWIJDERING
ELEKTROCHEMISCHE CELLEN MOGEN NIET WORDEN VERBRAND, OMDAT DAARBIJ GIFTIGE DAMPEN
DE SENSOREN MOGEN OOK VEILIG VERPAKT NAAR HONEYWELL ANALYTICS TERUGGEZONDEN WORDEN,
WAARBIJ DUIDELIJK VERMELD MOET WORDEN DAT ZE VOOR MILIEUVRIENDELIJKE AFVOER BESTEMD ZIJN.
WAARSCHUWINGEN
IN HET DESBETREFFENDE LAND.
TEKENING P-1446).
AANGEBRACHT.
RUIMTE WORDEN GEPLAATST.
1,0 OHM.
ELECTRICAL CODE, HOOFDSTUK 18.
G, EN KLASSE III.
.
DETECTOR WORDT VERWIJDERD.
WERKING TE WAARBORGEN.
TEMPERATUUR VAN -10°C OF LAGER.
KUNNEN BEVATTEN.
EN MILIEUWETGEVING.
KUNNEN ONTSTAAN.
6
MAN0853 Versie 3 10/08