46
nl | Gebruik
Derde informatieblok
8.
In de alarmbuffer wordt het totaal aantal meldingen rechtsboven weergegeven. U kunt meteen
zien hoeveel alarmmeldingen actief zijn. In ons voorbeeld zijn er drie alarmmeldingen in de
alarmbuffer. In de gebeurtenisbuffer wordt de positie van de gebeurtenis in de buffer
weergegeven:
LOKALE ONTV.
06:05:11 13:33:05 C2
E01 komt hier overeen met de laatste melding in de gebeurtenisbuffer.
Weergave van huidige datum en tijd:
DATUM:
TIJD:
Weergave van een actief alarm:
HULP
NU:001
Weergave van een gebeurtenis in de buffer:
LOKALE ONTV.
NU:001
5.2.3
Lokale bevestiging
De lokale bevestiging wordt met een druk op de groene knop van de NurseCall Main Unit
uitgevoerd. U kunt bepalen of er een code ingevoerd moet worden voor de bevestiging of niet.
Zie Paragraaf 4.3.6 Lokale bevestiging instellen, Pagina 32.
AANWIJZING!
De alarmmelding die een bevestiging krijgt, wordt verwijderd uit de alarmbuffer. De
alarmmelding en de bevestiging worden dan opgeslagen in de gebeurtenisbuffer.
5.2.4
Relay Unit loskoppelen
Als een Relay Unit niet meer communiceert met de Main Unit wordt een alarmmelding "RELAY
UNIT UIT" gegenereerd door de Main Unit. Deze alarmmelding kan alleen worden bevestigd op
de Main Unit door de groene knop in te drukken, gevolgd door code 45. Vervolgens wordt de
gebeurtenis "GEEN RELAY UN." gegenereerd.
Zodra de Relay Unit weer met de Main Unit communiceert, wordt de gebeurtenis "RELAY UNIT
AAN" gegenereerd. Dit gebeurt onafhankelijk van de instelling voor lokale bevestiging.
F.01U.262.688 | V1.3 | 2015.09
positie van het laatst gepasseerde baken. De positie daarvan is zichtbaar in alle
displaymodi. Als er geen baken is geregistreerd of als het alarm buiten het bereik van een
baken is verzonden, wordt de melding POS 000 weergegeven.
XXXX is de ID-code van de zender die het alarm heeft geactiveerd.
03.01.12
12:12:31
Gebruikershandleiding
E01
¨
A01
E04
NurseCall Main Unit
TeleAlarm