c) Activeer de back-up heater ter ondersteuning van de centrale verwarming en de
c) Activeer de back-up heater ter ondersteuning van de centrale verwarming en de tankverwarming:
tankverwarming:
Vanaf nu wordt het back-up heater en/of tankverwarming geactiveerd als:
De buitentemperatuur < de buitentemperatuur die is ingesteld in punt b EN
Vanaf nu wordt het back-up heater en/of tankverwarming geactiveerd als:
De watertemperatuur in de installatie < de ingestelde temperatuur – 8K
•
• De buitentemperatuur < de buitentemperatuur die is ingesteld in punt b EN
•
• De watertemperatuur in de installatie < de ingestelde temperatuur – 8K.
•
Minimale tijd na inschakelen van de compressor: 30 minuten.
• Minimale tijd na inschakelen van de compressor: 30 minuten.
De verwarming wordt uitgeschakeld wanneer:
De buitentemperatuur > de buitentemperatuur die is ingesteld in punt b OF
De verwarming wordt uitgeschakeld wanneer:
De watertemperatuur in de installatie < de ingestelde temperatuur – 2K
•
• De buitentemperatuur > de buitentemperatuur die is ingesteld in punt b OF
•
• De watertemperatuur in de installatie < de ingestelde temperatuur – 2K.
De minimale tijd tussen de inschakelingen van de back up heater bedraagt 20 minuten.
De minimale tijd tussen de inschakelingen van de back up heater bedraagt 20 minuten.
3) Correcte temperatuurmetingen door weerstandssensoren.
3. Correcte temperatuurmetingen door weerstandssensoren
Als eerste moet worden gecontroleerd of de afgelezen temperatuur juist is in verhouding tot de werkelijke
Als eerste moet worden gecontroleerd of de afgelezen temperatuur juist is in verhouding tot de werkelijke toestand van de installatie.
toestand van de installatie. Schakel vervolgens de warmtepomp in om de watertemperatuur in de
Schakel vervolgens de warmtepomp in om de watertemperatuur in de installatie te verhogen/verlagen.
installatie te verhogen/verlagen.
Controleer na ongeveer 15-20 minuten of de waarden van de afgelezen temperaturen veranderd zijn ten opzichte van de werkelijk toegevoerde/
Controleer na ongeveer 15-20 minuten of de waarden van de afgelezen temperaturen veranderd zijn ten
afgegeven warmte.
opzichte van de werkelijk toegevoerde/afgegeven warmte.
De weerstandwaarden van de sensoren kunt u in de rest van deze handleiding vinden. U treft ze aan in de
De weerstandwaarden van de sensoren kunt u in de rest van deze handleiding vinden. U treft ze aan in de beschrijving van fouten die verband
beschrijving van fouten die verband houden met het slecht functioneren van temperatuursensoren.
houden met het slecht functioneren van temperatuursensoren.
H-GENERATIE, LUCHT/WATER WARMTEPOMP, IBS EN STORINGSANALYSE.
12
13