Inhoudsopgave
Advertenties
5.6 NULPUNT instellen
Belangrijk
Voer de NULPUNT-instelling uit in dezelfde oriëntatie en omstandigheden als
bij het meten.
Het gebruik van een andere oriëntatie of omstandigheden kan meetfouten
veroorzaken.
■ Modellen met een meetbereik van 0 tot 25 mm (0 tot 1 inch /
0 tot 25 mm)
1
Reinig beide meetoppervlakken van het aambeeld en de spindel om alle vuil
en stof te verwijderen.
2
Nadat u licht contact hebt gemaakt met beide meetoppervlakken, stop dan
even en pas de juiste meetkracht toe. (Zie " ■ Voorzorgsmaatregelen voor
het meten" in "2. Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik".)
3
Druk kort op de [F2]-toets.
» [P] knippert op het display en [+000.000] wordt weergegeven.
Tips
Als het INC-pictogram linksonder wordt weergegeven, houd dan de [F2]-toets
ingedrukt om terug te keren naar de ABS-meting en druk er nogmaals kort op
om verder te gaan met de NULPUNT-instelling.
4
Druk weer kort op de toets [F2].
» [P] verdwijnt en de instelling is afgerond.
3
F2
2
4
F2
■ Modellen met een ander meetbereik dan 0 tot 25 mm (0 tot
1 inch / 0 tot 25 mm)
Gebruik het instelkaliber van de schroefmaat (standaardaccessoire) om de
instelling uit te voeren.
1
Reinig zowel de aambeeld- als de spindelmeetoppervlakken en het
instelkaliber van de schroefmaat om al het vuil en stof te verwijderen.
2
Plaats het instelkaliber voor de schroefmaat tussen de meetoppervlakken,
breng beide meetoppervlakken licht in contact met het kaliber, stop even en
pas dan de juiste meetkracht toe. (Zie " ■ Voorzorgsmaatregelen voor het
meten" in "2. Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik".)
3
Druk kort op de [F2]-toets.
» Bij modellen met een meetbereik van 25 tot 50 mm knippert [P] op het
display en wordt [+025.000] weergegeven.
Bij modellen met een meetbereik van 50 tot 75 mm knippert [P] op het
display en wordt [+050.000] weergegeven.
Bij modellen met een meetbereik van 75 tot 100 mm knippert [P] op het
display en wordt [+075.000] weergegeven.
3
4
Druk weer kort op de toets [F2].
» [P] verdwijnt en de instelling is afgerond.
3
F2
2
Het voorbeeld toont een model met
4
een meetbereik van 25 tot 50 mm.
F2
Tips
Als de [F2]-toets per ongeluk tijdens het uitvoeren van een meting kort wordt
ingedrukt, houd dan de [F1]-toets ingedrukt om naar de vorige modus terug te
keren. Als het product niet terugkeert, voer dan "5.6 NULPUNT instellen"
opnieuw uit.
■ Een referentiemaat gebruiken met een andere maat dan het
instelkaliber
Belangrijk
Voer eerst de NULPUNT-instelling normaal uit.
1
Reinig zowel de aambeeld- als de spindelmeetoppervlakken en de
referentiemaat die u gebruikt om al het vuil en stof te verwijderen.
2
Draai de rateltrommel totdat de grootte van de gebruikte referentiemaat
wordt weergegeven.
3
Druk kort op de [F3]-toets.
» [H] knippert op het display en de weergegeven waarde wordt vastgehouden.
4
Druk kort op de [F2]-toets.
» [P] knippert op het display.
5
Plaats referentiemaat tussen de meetoppervlakken, breng beide
meetoppervlakken licht in contact met de maat, stop even en pas dan de
juiste meetkracht toe. (Zie "■ Voorzorgsmaatregelen voor het meten" in
"2. Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik".)
6
Druk weer kort op de toets [F2].
» [P] verdwijnt en de instelling is afgerond.
3
F3
2
4
In het voorbeeld wordt een
referentiemaat van 30 mm gebruikt.
F2
5
6
F2
6. Meetmethode
Belangrijk
Breng het meetoppervlak van de spindel langzaam in contact met het
werkstuk. Te snel bewegen kan het werkstuk vervormen en de resultaten van
de meting beïnvloeden.
(Zie "
■
Voorzorgsmaatregelen voor het meten" in "2. Voorzorgsmaatregelen
voor het gebruik".)
1
Voer de NULPUNT-instelling uit. (Zie "5.6 NULPUNT instellen".)
2
Breng de meetoppervlakken langzaam licht in contact met het werkstuk in
dezelfde richting en omstandigheden als toen het nulpunt werd ingesteld
en pas de juiste meetkracht toe. (Zie " ■ Voorzorgsmaatregelen voor het
meten" in "2. Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik".)
3
Lees de weergegeven waarde af.
ABS-meting
INC-meting
A
A
● Toetsbediening en functielijst
Toets Indruktijd
Meettype
ABS
Wisselen tussen in/mm (alleen inch-
F1
modellen)
INC
F1
ABS
Naar de modus voor functie-instellingen
F1
INC
ABS
Een voorinstellingswaarde instellen
F2
INC
Het display op nul zetten
F2
Overschakelen naar INC-meting en het
ABS
display op nul zetten
F2
INC
Overschakelen naar ABS-meting
ABS
Instellen/Vrijgeven van de displaywaarde
F3
INC
F3*
ABS
Uitschakelen
F3
INC
* Als de stroom is uitgeschakeld, wordt de stroom ingeschakeld door kort op
deze toets te drukken.
t<2s
Ingedrukt
Kort indrukken
=
houden
A
A
-1
Functie
2s≤t
=
Advertenties
Inhoudsopgave
