5.2.3.1. AUTOMATISCHE DRAAISNELHEID:
-
Dankzij de dichtheidssensor (11) aan de voorzijde van
de grasmaaier kan de draaisnelheid van de messen au-
tomatisch worden geregeld. Deze varieert van 3000 tot
5000 tpm naargelang de dichtheid en de hoogte van het
gras.
Voor automatische aanpassing van de draaisnelheid van
de messen, moet u de grasmaaier configureren op mo-
dus C-H.
Als de optische sensor verstopt is met vuil, kunnen de
dichtheid en de hoogte van het te maaien gras niet meer
worden geanalyseerd. De grasmaaier zet het draaien
van de messen dan stil en het scherm geeft de bood-
schap 'OPT' weer.
Zie Paragraaf 6.2.5, "De optische sensor reinigen" voor
het reinigen van de dichtheidssensor (11).
Als u wilt doorgaan met werken zonder reiniging, scha-
kelt u om naar de handmatige mode en kiest u een van
de 4 draaisnelheden C-1, C-2, C-3 of C-4. U kunt de sen-
sor later schoonmaken.
5.2.3.2. HANDMATIGE DRAAISNELHEID:
-
U kunt de draaisnelheid van de messen ook handmatig beheren door de grasmaaier te configureren op een van
de vier mogelijke waarden C-1, C-2, C-3 of C-4.
Naarmate het gras dichter en hoger is, zal de draaisnelheid van de messen hoger moeten zijn.
5.2.3.3. SELECTIE VAN HET TYPE DRAAISNELHEID:
-
De knop 'menu' (28) indrukken tot het menu is bereikt
voor de instelling van de draaisnelheid van de messen,
die wordt weergegeven door de letter C.
Vervolgens op de knop '+' (24) of '-' (22) drukken voor de
selectie van het type draaisnelheid van de messen:
• C-H: automatisch geregelde snelheid: 3000 tot 5000
tpm
• C-1: handmatige snelheid 1: 3.000 tpm
• C-2: handmatige snelheid 2: 3.666 tpm
• C-3: handmatige snelheid 3: 4333 tpm
• C-4: handmatige snelheid 4: 5000 tpm
GRASMAAIER RASION 2 SMART
59_143879-B
19