Opmerking
Het draaien van de messen blijft actief zolang de hendel rechts (26), voor het vooruit rijden van de grasmaaier,
ingedrukt blijft. Hierdoor kan de hendel links (30) worden losgelaten als u aan het maaien bent. Zodra de
hendel rechts (26) wordt losgelaten, stopt het draaien van de messen, tegelijk met het voortbewegen van de
grasmaaier.
Het is mogelijk de motoraandrijving te gebruiken om de grasmaaier te verplaatsen zonder de messen te laten
draaien.
5.2.4. INSTELLING VAN DE MAAIHOOGTE
De afstand tussen de messen en de bodem kan elektronisch worden ingesteld om de maaihoogte op uw behoefte
aan te passen. U beschikt over 6 verschillende instellingen met steeds 10 mm tussenruimte, van 25 mm voor de
laagste hoogte tot 75 mm voor de hoogste hoogte.
De knop 'menu' (28) indrukken tot het menu is bereikt
voor de instelling van de maaihoogte (weergegeven door
de letter H).
Zo nodig de knop '+' (24) of de knop '-' (22) indrukken om
de waarde van uw keuze te selecteren:
• H0: Parkeer-/transportrem
• H25: 25 mm tussen de bodem en de messen
• H35: 35 mm tussen de bodem en de messen
• H45: 45 mm tussen de bodem en de messen
• H55: 55 mm tussen de bodem en de messen
• H65: 65 mm tussen de bodem en de messen
• H75: 75 mm tussen de bodem en de messen
Opmerking
Als het te maaien gras dicht is, kan het voor een gelijkmatig maairesultaat nodig zijn verschillende keren over
het gras te gaan.
Opmerking
Als u niet weet welke maaihoogte u moet kiezen, begin dan altijd te maaien met de hoogste maaihoogte.
Bekijk het verkregen resultaat op een kleine oppervlakte en stel zo nodig de maaihoogte bij. Let op dat u nooit
meer dan 1/3 van de grashoogte maait.
20
GRASMAAIER RASION 2 SMART
59_143879-B