6.Inbedrijfstelling
MOTORKAP
Openen:
•
Stop de motor
•
Ontgrendel met de sleutel
•
Druk op de ontgrendelingsknop en til de
motorkap met de hand op
Sluiten:
•
Sluit de kap (u hoort dan een klikgeluid)
•
Vergrendel met de sleutel
MOTOROLIE
WAARSCHUWING!
Controleer het peil uitsluitend wanneer de Wiellader op een vlakke
ondergrond staat en de motor minimaal 3 minuten uit heeft gestaan.
Het oliepeil is correct wanneer de vloeistof tot tussen de markeringen
komt. Indien nodig bijvullen.
Motorolie bijvullen
•
Trek de oliepeilstok (B) naar
buiten en veeg deze af met
een pluisvrije, schone doek,
•
Steek de oliepeilstok weer in
de olieniveaubuis,
•
Trek de oliepeilstok weer
naar buiten en meet het
olieniveau (MIN - MAX),
•
Het oliepeil moet tussen de
markering MIN en MAX zijn,
•
Is het olieniveau te laag, ver-
wijder dan de oliefilterdop (A)
en vul bij met de aanbevolen
olie tot de markering voor het
bovenste olieniveau,
•
Nadat u olie hebt bijgevuld,
moet u meer dan vijf minuten
wachten. Het duurt even voordat de olie de oliepan bereikt,
52
B
MAX
B
MIN
A