Probleem
Storingen met radio en
werking van USB- of
SD-geheugenkaart
Bij het indrukken van
de zendertoetsen is er
slechts ruis te horen
Het apparaat reageert
niet meer correct op
het indrukken van
toetsen of toont "rare"
tekens in het display
14 Reiniging en onderhoud
Belangrijk:
– Gebruik geen agressieve schoonmaakmiddelen, reinigingsalcohol of andere chemische oplosmiddelen. Deze
kunnen de behuizing beschadigen en ervoor zorgen dat het product niet goed werkt.
– Dompel het product niet onder in water en stel het niet bloot aan nattigheid of verhoogde vochtigheid.
– Controleer regelmatig de technische veiligheid van de autoradio. Kijk de aansluitskabels en de behuizing op
beschadigingen na.
– Indien kan worden aangenomen dat ongevaarlijk gebruik niet langer mogelijk is, dan moet het product bui-
ten bedrijf worden gesteld en worden beveiligd tegen onbedoeld gebruik. Verbinding met boordnetvoeding
verbreken!
14.1 De zekering vervangen
Als de zekering aan vervanging toe is, zorg dan dat u alleen een zekering van hetzelfde type en nominale stroom
gebruikt (zie Technische gegevens).
Repareren van zekeringen of het overbruggen van de zekeringhouder is niet toegestaan.
1. Trek na het loskoppelen van de stroomvoorziening (ISO-aansluitstekker er uit trekken!) voorzichtig de
zekering (23) uit de zekeringhouder naast de ISO-aansluitklem (22).
2. Vervang de zekering door een zekering van hetzelfde type.
3. Pas daarna kan de autoradio weer op het boordnet worden aangesloten en in gebruik worden genomen.
4. Mocht de zekering opnieuw doorbranden, breng het apparaat dan voor reparatie naar een servicewerkplaats.
14.2 Reiniging
De buitenkant hoeft slechts met een zachte, droge doek of een kwastje schoongemaakt te worden.
Reden
Storingen komen via de pluskabel in het
apparaat terecht
Slechte massaverbinding
Geen zender geprogrammeerd
Permanente plusaansluiting niet aange-
sloten of kabel losgeraakt
De apparaatbesturing blijft "hangen"
Oplossing
Extra ontstoringsfilter in de pluskabel
inbouwen. Bij zeer oude voertuigen even-
tueel ook storingen met ontstoringsstek-
kers, verdeelvingers etc. onderdrukken.
Massa-aansluiting controleren, evt.
andere massapunten gebruiken
Zender programmeren zoals beschreven
Permanente pluskabel volgens de
gebruiksaanwijzing aansluiten of contro-
leren of de kabel correct is aangesloten.
Zekering controleren
Zet het apparaat terug naar de fabrieksin-
stellingen met de RESET-toets (4)
25