Oliepeil controleren
Belangrijk
De machine wordt geleverd zonder olie in
het carter. U moet het carter vullen met 0,6 l hoog-
waardige reinigingsolie, type SAE 30 of 10W 30, met
onderhoudsclassificatie SF, SG, of SH van het American
Petroleum Institute (API). De motor zal ernstige schade
oplopen als u deze zonder olie laat draaien.
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak en
zet de motor af.
2. Laat de motor afkoelen.
3. Maak de omgeving van de oliepeilstok schoon (Fig. 10).
1
Figuur 10
1. Oliepeilstok
4. Trek de peilstok uit en veeg het metalen deel met een
doek schoon (Fig. 10).
5. Schuif de peilstok helemaal in de buis en draai deze
vast (Fig. 10).
6. Trek de peilstok eruit en bekijk het metalen deel.
7. Als het oliepeil te laag is, moet u langzaam net genoeg
olie in de buis van de peilstok gieten totdat het peil de
(F) VOL-markering bereikt.
Belangrijk
Het carter nooit te vol vullen met olie;
hierdoor kan de motor worden beschadigd.
8. Plaats de peilstok terug en draai deze vast.
Gebruiksaanwijzing
Waarschuwing
Als een afvoeropening niet is afgesloten, kan de
machine voorwerpen in de richting van de
bestuurder of omstanders uitwerpen. Dit kan
ernstig letsel veroorzaken.
Zuig nooit als de zak niet is gemonteerd.
2
2. Metalen deel
Waarschuwing
De aandrijfpoelie van de tractieriem blijft draaien
als de motor loopt, zelfs als de tractie-aandrijving is
uitgeschakeld. Contact met de poelie kan ernstig
letsel veroorzaken.
Blijf uit de buurt van draaiende poelies en andere
bewegende onderdelen.
Motor starten
1. Zet de chokehendel (links naast de motor) op Choke
(Fig. 11).
4
3
Figuur 11
1. Chokehendel
2. Gashendel
3. Lopen-stand
2. Zet de gashendel (rechts naast de motor) op Snel
(Fig. 11).
3. Trek de handgreep van de terugloopstarter naar buiten
totdat deze vastgrijpt, trek vervolgens krachtig hieraan
om de motor te starten. Laat het startkoord langzaam
terugkeren.
Belangrijk
Trek het startkoord niet tot het eind naar
buiten of laat de handgreep van de starter niet los als u het
koord naar buiten trekt, omdat dan de kans bestaat dat het
koord breekt of het terugloopmechanisme schade oploopt.
4. Zodra de motor warm is, zet u de chokehendel op Uit
(Fig. 11).
10
5
6
1
2
m–5458
4. Choke-stand
5. Langzaam-stand
6. Snel-stand