Controlepunt
• Handen moeten schoon zijn
• Links en rechts hetzelfde elektrodepaar
• Kies het handelektrodepaar zodanig dat de armen zijn
Handen
gestrekt maar niet gespannen
• Vingerscheiders van de handelektroden aan beide
kanten tussen middelvinger en ringvinger
• Met blote voeten op het apparaat stappen
• Voeten moeten schoon zijn
Voeten
• Hielen op de achterste voetelektroden
• Ballen van de voet op de voorste voetelektroden
• Houding rechtop
Houding
• Knieën licht gebogen
• Tijdens de meting niet bewegen
4. Let erop dat de patiënt een goed contact met de hand- en voetelektroden
heeft.
Als de patiënt geen correct contact heeft met een elektrodepaar, is de
overeenkomstige elektrode-indicator op het touchscreen-display rood.
Als de patiënt correct contact heeft met een elektrodepaar, is de overeen-
komstige elektrode-indicator op het touchscreen-display groen.
AANWIJZING
• De keuze van de handelektroden is van invloed op het meetresul-
taat. Noteer de door de patiënt gekozen handelektrodeparen. Zo
zorgt u ervoor dat de patiënt bij latere metingen dezelfde handelek-
trodeparen kan gebruiken.
• De elektrische stroom die tijdens de meting door het lichaam wordt
geleid is zeer gering en vormt geen gevaar voor de gezondheid.
Niettemin kan in sommige gevallen bij heel gevoelige personen een
licht "kriebelen" worden gevoeld.
Zodra alle elektrode-indicatoren op het touchscreen-display groen zijn,
verschijnt er een countdown tot het begin van de meting. De meting begint
automatisch.
Eigenschappen
Bediening • 33
Nederlands