Fotovoltaïsche omvormer serie ES
4.2
Omgevingsvoorwaarden voor de montage
Om een vlekkeloze bediening en een lange levensduur te garanderen,
monteert u de fotovoltaïsche omvormer in overeenstemming met de volgende
vereisten.
•
•
1
2
Afb. 4-2 - 1
•
•
Serie ES
Kies voor de montage een zo koel mogelijke plaats.
Hoge temperaturen verslechteren de werkingsgraad en verkorten de
levensduur van de fotovoltaïsche omvormer. Installeer eventueel
extra koeling op de plaats waar de fotovoltaïsche omvormer
gemonteerd wordt.
Bij de montage van de fotovoltaïsche omvormer moet de
omgevingstemperatuur tussen -25 °C en +50 °C liggen.
– 25 °C
+ 50 °C
Omgevingsvoorwaarden voor de montage (temperatuur)
Relatieve luchtvochtigheid 0 tot 90 % (niet condenserend)
De fotovoltaïsche omvormer mag niet blootgesteld worden aan direct
zonlicht.
Montage
25