13
Problemen en oplossingen / storingen lokaliseren
Let op:
De configuratie van de centrale via de software heeft een wezenlijke invloed op de
werking van de afzonderlijke systeemcomponenten. Voor een nauwkeurige controle
moet er derhalve een computer met de systeemsoftware worden aangesloten
De configuratie van de centrale via de software heeft een wezenlijke invloed op de
werking van de afzonderlijke systeemcomponenten. Voor een nauwkeurige controle
moet er derhalve een computer met de systeemsoftware worden aangesloten.
Het onderstaande overzicht toont enkele mogelijke storingen en probleemgevallen en de oorzaken ervan.
"Lampje B" staat voor het groene bedrijfslampje, dat in geval van storing niet brandt. De status van het
gele "Lampje S" toont de aard van de storing. Een overzicht van alle meldingen vindt u op p. 21.
FOUT / STORING
Geen enkel lampje brandt
Lampje S knippert
Lampje S knippert snel
Lampje S brandt continu
Lampje S knippert langzaam
Lampje S knippert 2x
Lampje S knippert 4x
Lampje S knippert 5x
Lampje S knippert 6x
Aandrijvingen reageren niet
Aandrijvingen lopen verkeerd
Signaal REL65 wordt
extern niet erkend
Info:
De systeemfuncties kunnen gedetailleerd gecontroleerd worden met behulp van
de systeemsoftware. Ook bij telefonisch contact met onze service is het raadzaam
om een computer met de systeemsoftware bij de hand te hebben.
EMB 7300 / Installatie- en gebruikershandleiding
MOGELIJKE OORZAAK
Geen netspanning of zekering F1 / F2 defect (zie p. 28)
Aansluiting van de netspanning controleren
De accu's zijn niet correct aangesloten of worden niet opgeladen
Leidingbreuk of kortsluiting in de manuele brandmelderlijn (HSE) of
foutieve prestatiecontrole (zie p. 17)
Leidingbreuk of kortsluiting in de rookmelderlijn of
foutieve prestatiecontrole (zie p. 17)
Onderhoudsinterval bereikt (in manuele brandmelder brandt het lampje continu)
Leidingbreuk of kortsluiting in de aandrijflijn 1 of
foutieve prestatiecontrole (zie p. 13 ff)
Alleen aandrijflijn 2, foutoorzaak analoog aandrijflijn 1
De NOOD-DICHT-toets (HSE) werkt niet correct resp. wordt niet herkend
Zekering F2 / F3 controleren (zie p. 28) of
de aansluiting van de aandrijvingen controleren aan de hand van de
montage-instructies of, als ook de lampjes (rood/groen) niet reageren:
ventilatiebesturing controleren (zie p. 13f, 18)
De lampjes van de aandrijfrichting (rood/groen) moeten
overeenstemmen met de werkelijke looprichting. Indien dit niet het
geval is, dient u de aansluitingen aan klem 1 en 2 te wisselen of
de aansluiting van de aandrijvingen controleren aan
de hand van de montage-instructies
Controleren of relaismodule REL65 correct is geplaatst en correct is aangesloten
25