Tabel 33. Opties voor Systeeminstallatie - Geïntegreerde apparatenmenu-opties (vervolg)
Geïntegreerde apparaten
Interne luidspreker inschakelen
USB-configuratie
USB-poorten voorzijde inschakelen
Enable Rear USB Ports
USB-opstartondersteuning inschakelen
Front USB Configuration
Configuratie van USB aan achterkant
Verschillende apparaten
PCI-slot
Onderhoud stoffilter
Tabel 34. Opties van System Setup - Storagemenu
Storage
SATA/NVMe-bewerking
Storage-interface
Poortactivering
SMART-rapportering
SMART-rapportage inschakelen
140
BIOS-instellingen
De optie Microfoon inschakelen is ingeschakeld.
OPMERKING:
Afhankelijk van de bestelde configuratie is de
microfooninstallatieoptie mogelijk niet beschikbaar.
Hiermee kunt u de interne luidspreker inschakelen.
De optie Interne luidspreker inschakelen is standaard ingeschakeld.
Hiermee schakelt u de USB-poorten aan de voorkant in.
De optie USB-poorten aan de voorkant inschakelen is standaard ingeschakeld.
Hiermee schakelt u achterste USB-poorten in.
De optie USB-poorten achterzijde inschakelen is standaard ingeschakeld.
Hiermee kunt u opstarten vanaf USB-storageapparaten die zijn aangesloten op de
externe USB-poorten inschakelen.
De optie USB-opstartsupport inschakelen is standaard ingeschakeld.
Hiermee worden de individuele USB-poorten aan de voorkant in- of uitgeschakeld.
Standaard zijn alle USB-poorten aan de voorkant ingeschakeld.
Hiermee worden de individuele USB-poorten aan de achterkant in- of uitgeschakeld.
Standaard zijn alle USB-poorten aan de achterkant ingeschakeld.
Hiermee schakelt u de PCI-slots in.
De optie PCI-slot is standaard uitgeschakeld.
Hiermee schakelt u het BIOS-bericht voor het onderhoud van het optionele stoffilter
dat in uw computer is geïnstalleerd in of uit.
Wanneer deze optie is ingeschakeld, genereert het BIOS een herinnering vóór het
opstarten om het stoffilter schoon te maken of te vervangen op basis van het
ingestelde interval.
De optie Onderhoud stoffilter is standaard uitgeschakeld.
Hiermee kunt u de bewerkingsmodus van de geïntegreerde storageapparaatcontroller
configureren.
De optie RAID aan is standaard geselecteerd. Het storageapparaat is geconfigureerd
om de RAID-functies met de VMD-controller te ondersteunen.
Toont de informatie van diverse schijven op de kaart.
Hiermee kunt u de individuele schijven op de kaart in- of uitschakelen op de computer.
Alle schijven op de kaart zijn standaard ingeschakeld.
Schakelt SMART-rapportering (Self-Monitoring, Analysis, and Reporting Technology) in.
Indien ingeschakeld, kan het BIOS analytische informatie van geïntegreerde schijven
ontvangen en tijdens het opstarten meldingen over mogelijke toekomstige uitval van de
harde schijf versturen.