FEV150/FEV350
Gebruiksaanwijzing
Instelling
Limiet
aardverbinding
Netsysteem
Spannings-
toevoer
16
Tabel 7. Menu Stationconfiguratie (FEV350) (vervolg)
Stel de limiet in ohm in voor gebruik bij een aardverbindingstest. Zie
Configuratie aardverbinding
(0,3 ).
Testpunt: Gebruik met een MFT om een test van de
aardverbindingsbehuizing op het station uit te voeren.
Als Beschermingsklasse II is geselecteerd, wordt Testpunt niet
weergegeven.
Aansluitpunt: Te gebruiken in combinatie met een MFT voor het
uitvoeren van een test van een aansluitpunt aardverbinding. Toont het
aantal ingestelde aansluitpunten.
Stel het type netvoeding van het station in. De standaardinstelling is TN.
Het netvoedingstype van het station werkt samen met de spanning die is
ingesteld in Spanningstoevoer om de stroomlimieten te definiëren die
worden gebruikt in een lus-/lijnimpedantietest en in tijdslimieten die
worden gebruikt in een uitschakeltest voor RCD van 30 mA. Zie
lijnimpedantietest
en
Stel de spanningswaarde en het aantal fasen van de spanningstoevoer
van het station in. De standaardinstelling is 230 / 400 V 3
Als 1
is geselecteerd, zijn L2- en L3-metingen niet beschikbaar voor
d
tests. Zie
In- of uitgangstest
Netspannings-/fasevolgordetest.
Het product gebruikt de spanningswaarde om de resultaten te bepalen
van:
Netspannings-/fasevolgordetests. Zie
fasevolgordetest.
Uitschakeltest voor RCD van 30 mA.
30
mA.
Beschrijving
(FEV350). De standaardinstelling is 0.3
Uitschakeltest voor RCD van 30
isolatie,
Lus-/lijnimpedantietest
Uitschakeltest voor RCD van
mA.
.
d
en
Netspannings-/
Lus-/