Het wijzigen van instellingen
Uitleg over de afzonderlijke in-
stellingen
Hierna worden alleen de instellingen be-
schreven die verdere toelichting verei-
sen.
Als u zich in de instellingsmodus
bevindt, wordt het deuralarm of een
andere waarschuwingsmelding auto-
matisch onderdrukt.
Feestmodus
De functie Feestmodus is aan te be-
velen als u grote hoeveelheden verse
levensmiddelen en dranken snel wilt
koelen.
Tip: Schakel de functie Feestmodus
ca. 4 uur voordat u de levensmiddelen
en dranken in het apparaat legt in.
Als de Feestmodus is ingeschakeld,
worden de functies DynaCool en Su-
perKoelen automatisch ingeschakeld.
De Feestmodus kan niet worden in-
geschakeld als de Vakantiemodus
is ingeschakeld.
De functie Feestmodus gaat na ca.
24 uur automatisch uit. U kunt de
functie Feestmodus echter ook op
een eerder moment uitschakelen.
44
Vakantiemodus
De functie Vakantiemodus is han-
dig wanneer u bijvoorbeeld tijdens va-
kantie de koelzone niet geheel wilt uit-
schakelen of geen grote koelcapaciteit
nodig hebt.
Als de Vakantiemodus ingeschakeld
is, wordt dit in het startscreen weerge-
geven. De modus kan via het start-
screen en via de instellingsmodus
worden uitgeschakeld.
De koelzone wordt daarbij ingesteld op
een temperatuur van 15 °C. De koelzone
kan zo energiezuinig in gebruik blijven.
Bij deze gemiddelde koelzonetempera-
tuur kunnen langer houdbare levens-
middelen nog enige tijd in het koelap-
paraat bewaard blijven. Het energie-
verbruik is lager dan bij normaal ge-
bruik.
Ook ontstaan er geen geurtjes en
schimmels, die wél kunnen ontstaan
als de koelzone helemaal uitgescha-
keld wordt en de deur van het apparaat
gesloten is.
Gevaar voor de gezondheid door
het eten van bedorven levensmidde-
len.
Wanneer de temperatuur in de koel-
zone lange tijd boven de 4 °C blijft,
kunnen de houdbaarheid en kwaliteit
van de levensmiddelen in de diep-
vrieszone verminderen.
Schakel de functie Vakantiemo-
dus altijd alleen in voor korte tijd.
Bewaar in die tijd geen kwetsbare en
bederfelijke levensmiddelen zoals
fruit, groente, vis, vlees en zuivelpro-
ducten in het apparaat.