Inhoudsopgave
Advertenties
monitor uit of verander het beeld. Als u een stilstaand beeld langdurig op het beeldscherm wilt
weergeven, kunt u inbranden en spookbeelden met behulp van de ISM-optie als volgt voorkomen:
1.
Druk op de MENU-knop en gebruik vervolgens de pijl omlaag- ▼ of de pijl omhoogknop ▲ om
het OPTION (Optie)-menu te selecteren.
2.
Druk op de knop met de pijl naar rechts ► en gebruik vervolgens de knop met de pijl omlaag ▼
of de pijl omhoog ▲ om het ISM Method-menu te selecteren.
3.
Selecteer een van de volgende menuopties:
Normal (Normaal) — Laat deze optie in de stand Normal staan als u de ISM-functie niet
●
wilt activeren. Wanneer u de monitor uitschakelt door OFF (Uit) te selecteren, wordt de ISM-
instelling teruggezet naar Normal, ongeacht welke ISM-modus ingeschakeld was toen de
monitor uitgeschakeld werd.
Orbiter — Het scherm wordt om de twee minuten twee pixels verplaatst en beweegt
●
afwisselend naar links, rechts, omhoog en omlaag. Orbiter blijft ingeschakeld tot deze
functie in het ISM-menu wordt gewijzigd.
Inversion — Deze functie kan worden gebruikt om een spookbeeld of ingebrand beeld te
●
verwijderen. Deze functie keert de kleuren van de afbeelding elke 30 minuten om. Als het
schermbeeld omgekeerd is en u de usb-functie opent, worden in deze functie weergegeven
afbeeldingen omgekeerd. De inversiefunctie blijft ingeschakeld tot u deze in het ISM-menu
wijzigt.
White wash — Ook deze functie kan worden gebruikt om een spookbeeld of ingebrand
●
beeld te verwijderen. Deze functie vult het scherm met egaal wit. Hiermee worden permanent
ingebrande beelden van het scherm gewist. Door op een willekeurige knop op de
afstandsbediening te drukken sluit u de White Wash-functie en keert het scherm terug naar
Normal.
Tile Mode (Tegelmodus) gebruiken
De Tile Mode wordt gebruikt om een beeld over meerdere monitoren in een videowall te verspreiden.
U kunt maximaal een 5 x 5 videowall definiëren en de monitoren kunnen liggend of staand worden
georiënteerd. Met de Tile Mode (Tegelmodus) kunt u aan elke monitor zijn relatieve positie (nummer)
in de muur toekennen, te beginnen bij de linkerbovenhoek en vervolgens in elke rij van links naar
rechts en van boven naar beneden. Elke monitor toont automatisch het overeenkomstige gedeelte van
het volledige beeld, zoals in de volgende figuur weergegeven.
U kent het juiste positienummer aan elke monitor als volgt toe:
MENU→PICTURE→TILE→Tile Mode→OK→3x3→Sluiten→Tile ID→OK→1 (voor monitor nr. 1,
2 voor monitor nr. 2, enz. ... 9 voor monitor nr. 9)→Sluiten→Natural Mode→OK→ON
(compensatie voor de dragers om in de videowall een beeld zonder vervorming weer te geven)
→OK→EXIT
42
Hoofdstuk 4 Monitor bedienen
NLWW
Advertenties
Inhoudsopgave
