19 Service/onderhoud
19.1
Service
a Verwijder stof en vuil uit de deuropener. Vuil op het loopvlak moet worden verwijderd met
brandspiritus. Vervang indien nodig het loopvlak.
b Onderdelen hoeven niet te worden gesmeerd.
c De tandriem moet droog en schoon worden gehouden. Controleer de riemspanning.
d Controleer of alle moeren en bouten goed vastzitten.
e Controleer de staat van de deurwielen, het loopvlak, de riem, de vloergeleiding en alle andere
verbruiksonderdelen en vervang deze indien nodig. Deze onderdelen moeten ook worden
vervangen wanneer ze het einde van hun levenscyclus hebben bereikt overeenkomstig de in
hoofdstuk .
f
Controleer of de modusschakelaar in alle verschillende standen goed functioneert.
g Stel indien nodig de snelheid van de deurvleugel, de OPENHOUDTIJD en de deurvleugelstand
af om aan de geldende voorschriften te voldoen.
Raadpleeg voor het berekenen van de snelheid de 'Handleiding voor installateurs van aangedre-
ven schuifdeuren voor voetgangers', risicobeoordelingsdocument PRA-0004.
h Controleer de hoogte en kantelgraad van de deurvleugels en stel deze indien nodig af. Dit om
een goede geleiding, opening en sluiting te waarborgen.
i
Controleer de borstels, rubberen afdichtingen enz. en stel deze af of vervang ze indien nodig.
Dit om een juiste sluiting te garanderen en energie te besparen.
j
Zorg ervoor dat alle veilige afstanden overeenkomstig de geldende normen worden nageleefd
om letsel als gevolg van bijvoorbeeld beknelling te voorkomen. Indien nodig kunnen de be-
schermfuncties worden afgesteld of vervangen. U kunt zelf ook aanvullende bescherming
voorstellen.
k Controleer of alle veiligheidssensors, activeringseenheden, de vluchtwegfunctie (indien van
toepassing) en de noodopeningsfunctie in geval van een stroomstoring werken. Stel waar nodig
functies bij of vervang onderdelen om er zeker van te zijn dat alle veiligheidsfuncties overeen-
komstig de geldende normen werken.
l
Als gebruikgemaakt wordt van een elektromechanisch slot, controleer dan de werking als volgt:
• Zet de programmaschakelaar in de stand UITGANG. Het slot gaat open na een binnenimpuls.
Wanneer het slot opengaat, is er een klikgeluid uit het slot hoorbaar. Als de deuropener is
aangebracht op een vluchtdeur moet de deur zonder enig geluid van het slot open- en
dichtgaan. Het slot blijft ontgrendeld.
• Zet de programmaschakelaar in de stand UIT. Overtuig u ervan dat de deur niet kan worden
geopend door in de openingsrichting aan de deurvleugel te trekken.
• Wanneer de programmaschakelaar opnieuw op UITGANG wordt ingesteld, wordt met twee
klikgeluiden (bistabiel) of één klikgeluid (vergrendeld met spanning) aangegeven dat het
slot is ontgrendeld. De deur moet nu openen en sluiten zoals hierboven uitgelegd.
140
Versie 2022-12-22
1013523-nl-NL-8.0